Gedaan met elleboogshakes en skyperitieven? Leven na de lockdown

Nu steeds meer mensen van social distancing richting spuitje geschoven zijn, vragen wij ons af: wordt alles postcorona weer als vanouds? Of heeft het virus blijvende littekens achtergelaten op omgangsvormen en verwaarloosde vriendschappen?

 

Het lijkt de dag van gisteren dat een cafébaas op het nieuws een groepje klanten bemoedigend toesprak. Het was de laatste avond voor de eerste lockdown in maart vorig jaar. ‘Komaan mannen, even drie weken op de tanden bijten, en dan kunnen we weer samen pintjes pakken!’ Wie had toen kunnen denken dat die weken maanden zouden worden, en uiteindelijk zelfs meer dan een jaar? ‘Red de zomer!’ was in de lente van 2020 het motto dat het land moest motiveren om ons braaf aan de coronamaatregelen te houden. Maar met dank aan een tweede en zelfs derde golf moesten ook de herfst, de winter en zelfs een volgende lente eraan geloven. De deuren van cafés, restaurants en clubs bleven gesloten, en onze vrienden zagen we enkel van ver tijdens een wandeling of online op een scherm.

Anderhalve meter afstand houden, werd de normaalste zaak ter wereld, al voelde het aanvankelijk heel erg tegennatuurlijk om bekenden en geliefden niet te kunnen aanraken. Het is verbazingwekkend hoe snel we ons als maatschappij aanpasten aan de nieuwe regels die ons van bovenaf werden opgelegd. Daar waar het dragen van een mondmasker eerst nog werd afgedaan als een overdreven paniekreactie, keek niemand er enkele weken later nog van op en werden we allemaal experts in het herkennen van vrienden en kennissen, louter op basis van hun oogkleur en de stand van hun wenkbrauwen. Een jaar later durven we dankzij de vaccinatiestrategie stilaan te dromen van betere tijden, waarin de cafébazen eindelijk hun deuren weer wagenwijd kunnen opengooien en de terrassen, bioscopen en theaterzalen opnieuw zullen vollopen. En dat vooruitzicht komt geen dag te vroeg, want de nood aan sociaal contact is groot. Maar sommigen onder ons vragen zich af hoe vlot de heropstart van ons sociale leven zal verlopen. Zullen we na maandenlange isolatie opnieuw moeten wennen aan drukke kantoren, overvolle restaurants en het gezelschap van zoveel mensen om ons heen? Zijn we de smalltalk aan het koffieapparaat of in de rij voor de kassa verleerd, of komen onze social skills even snel weer terug als ze gedwongen verdwenen? Alain Van Hiel, hoogleraar sociale psychologie aan de Universiteit Gent, maakt zich weinig zorgen. Hij is er zeker van dat het tij vlug zal keren: “De mens is een heel adaptief wezen, zeker als er gevaar dreigt. Daarom hebben we ons met z’n allen het afgelopen jaar heel snel aangepast. Maar gewoontes verander je niet zomaar, en ik ben ervan overtuigd dat we allemaal makkelijk ons oude leven zullen oppakken van zodra het gevaar geweken is. Onze behoefte aan contact, aan het delen van ervaringen, is een fundamentele basisbehoefte. Die kun je een tijdje onderdrukken, maar verdwijnen zal ze nooit.”

Lessen uit de geschiedenis

Ook Mark Nelissen, professor-emeritus in de gedragsbiologie aan de Universiteit Antwerpen, stelt dat de coronacrisis weliswaar een gigantische impact heeft gehad zolang de dreiging reëel was, maar dat ons sociale gedrag snel terug op het niveau zal zijn van voor de pandemie. En daar zit volgens hem onze eeuwenlange biologische evolutie voor iets tussen: “Al ons gedrag, zowel sociaal als individueel, is gedeeltelijk bepaald door erfelijkheidsfactoren en gedeeltelijk door onze omgeving, of het nu onze opvoeding is of de omstandigheden waarin we ons bevinden. De genetische basis van die erfelijkheidsfactor werd geboetseerd door honderdduizenden jaren van evolutie. Tot op vandaag wordt het grootste gedeelte van ons gedrag nog steeds bepaald door die geschiedenis, zelfs als het nu geen enkel nut meer heeft. De mens is de meest sociale diersoort ter wereld. Onze voorouders hadden die sociale banden nodig om te overleven, dus die nood aan contact zit diep ingebakken in onze chromosomen. Dat kun je zomaar niet uitwissen op een jaar tijd.”

Een van de voorbeelden die experts aanhalen om hun voorspellingen te staven, is de reactie van de bevolking op het einde van vorige traumatische gebeurtenissen uit de geschiedenis, zoals de wereldoorlogen of de Spaanse griep. Ook toen verviel iedereen na afloop terug in oude gewoontes, ook al had de bevolking zich verschillende jaren aangepast en nog veel meer in angst geleefd dan wij het afgelopen jaar hebben gedaan. Alain Van Hiel: “Laat ons eerlijk zijn: uiteraard was corona verschrikkelijk voor mensen die een geliefde verloren of hun zaak overkop zagen gaan, maar het is niet te vergelijken met vier jaar van bezetting, miljoenen doden en ontbering in verschrikkelijke omstandigheden. Maar zelfs na die donkere passages in het verleden werd de draad vrij snel weer opgepikt. Sterker nog, na een periode van onderdrukking volgt vaak een moment van overcompensatie, dus de kans is groot dat mensen elkaar na de lockdowns en quarantaines een tijdlang veel meer gaan opzoeken dan ervoor. Ik kan me dus wel iets voorstellen bij de voorspellingen over de nieuwe roaring twenties, al was dat een eeuw geleden een tegenreactie op een situatie die veel ingrijpender was dan wat wij nu hebben meegemaakt.”

Nooit meer kussen?

Voor de meesten onder ons, niet in het minst de jongeren, kunnen die roaring twenties niet snel genoeg beginnen en is het aftellen naar het moment waarop de groepsimmuniteit ons een excuus geeft om helemaal los te gaan. Maar lang niet iedereen staat te trappelen om de draad weer op te nemen. Vooral introverte persoonlijkheden waren stiekem blij dat ze het afgelopen jaar geen excuses moesten verzinnen om uitnodigingen af te slaan en zich ongestoord konden terugtrekken in de veilige cocon van hun eigen gezin. De lockdowns brachten ook rust met zich mee, en deden ons beseffen dat een overvolle agenda niet per se het allerhoogste goed is. Professor Mark Nelissen: “Het was voor introverte mensen veel makkelijker om situaties te omzeilen die energie van hen vragen. Het wegvallen van sociale druk was voor hen een positief neveneffect van deze crisis. Zo heb ik veel oudere mensen horen zeggen dat ze weinig last hadden van de lockdowns. Integendeel, ze vonden het best prettig om met rust gelaten te worden. Maar er schuilt ook een gevaar in die reflex, want zelfs voor introverten is het belangrijk om voldoende sociaal contact te hebben. Nu dat niet door de maatschappij werd opgedrongen, was het makkelijk om jezelf te isoleren, maar eigenlijk is het allesbehalve natuurlijk om als kluizenaar te leven. We hebben dat dagelijkse praatje met de buurman, de verkoopster in de supermarkt of onze collega’s nodig om mentaal gezond te blijven, ook al voelt het soms als een opgave.”

‘De handdruk is een biologische handeling, die ook gebruikt wordt door de chimpansees als manier om duidelijk te maken dat je het goed meent’

Nog een neveneffect van de afstandsregels was het wegvallen van het ongemakkelijke moment bij een begroeting, waarbij gekozen moet worden tussen een handdruk of één of meerdere kussen. Het was een verademing dat die twijfel plots niet meer bestond. “Ik mag er niet aan denken dat ik binnenkort opnieuw gekust zal worden door overenthousiaste wildvreemden”, aldus Anne-Marie (52). “Ik haat het wanneer onbekenden in mijn persoonlijke ruimte binnendringen. Voor mij hoeft die gewoonte nooit meer terug te komen.” Heeft corona ons de mogelijkheid gegeven om komaf te maken met bepaalde sociale verplichtingen? Viroloog Marc Van Ranst gelooft van wel. In een artikel in De Morgen (10/04/2021) waarin zes wetenschappers voorspellen hoe ons leven er het komende jaar zal uitzien, deed hij de volgende uitspraak: ‘Het oppervlakkige handje tijdens een vergadering gaan we niet meer geven. De omhelzing van een familielid dan weer wel. Op zich is dat niet slecht, want ik denk niet dat we die handdruk op een vergadering nu zo gaan missen’. Professor Alain Van Hiel nuanceert: “Mensen die niet graag handen schudden, kunnen nu inderdaad het covid-excuus gebruiken om dat niet meer te doen. Maar ik vrees dat de sociale druk om het wel te doen snel weer zal stijgen. Als iedereen in de kamer een hand geeft, zul jij je verplicht voelen om dat ook te doen.” Bioloog Mark Nelissen beaamt: “Van zodra we allemaal gevaccineerd zijn, gaan we terug handen schudden en zoenen geven zoals voorheen. De handdruk is een biologische handeling, die ook gebruikt wordt door de chimpansees. Het is een manier om duidelijk te maken dat je het goed meent met iemand. Een handdruk afwijzen is een heel negatief signaal en komt agressief over. Zelfs wanneer je het liever niet doet, zul je na een tijdje overstag gaan, ook al zal dat in het begin nog wat onwennig voelen. Voor kussen geldt hetzelfde. En eerlijk gezegd verkies ik beide boven die belachelijke ‘elleboogshake’. Dat gebaar betekent helemaal niks. Ik hoop dat het even snel verdwijnt als dat het gekomen is.”

Supersociale media

Als er één sector is die geprofiteerd heeft van de voorbije crisis, is het wel die van de sociale media en de online communicatieplatformen. We werden met z’n allen FaceTime- en Zoom-experts, en zelfs de meest hardnekkige tegenstanders gingen uiteindelijk overstag voor de webcam. Als je scherm je enige venster op de wereld is, heb je nu eenmaal weinig keuze. Beter een skyperitief dan een eenzaam aperitief, ook al zat je de helft van de tijd tegen een sputterend beeld te praten of je af te vragen of het wazige gezicht aan de overkant wel hoorde wat je net vroeg. Onze omgang met digitale technologie lijkt blijvend veranderd, maar kan ze ook het échte contact vervangen? Alain Van Hiel: “Vroeger onderzoek over introverten leerde ons dat sociale media voor hen een gemak zijn, omdat ze op die manier écht contact kunnen omzeilen. Maar te veel is te veel, en de meesten onder ons zijn hun scherm intussen kotsbeu gezien. We snakken naar menselijk contact. Wanneer je volledig wordt teruggeworpen op digitale communicatie, besef je al snel dat het niet kan tippen aan een facetofacegesprek, maar eerder een aanvulling moet zijn op het echte werk.” Volgens Mark Nelissen hebben bedrijven door deze crisis wel ervaren dat thuiswerken realistisch is, en dat online vergaderen goedkoper is dan het huren en onderhouden van een kantoorgebouw. Er zal dus toch een blijvend effect zijn op onze manier van communiceren.

‘Onderzoek over introverten leerde ons dat social media voor hen een gemak zijn, omdat ze op die manier écht contact kunnen omzeilen. Maar te veel is te veel’

Dat geldt volgens hem ook voor de andere diensten waarvan we de afgelopen maanden zo massaal hebben gebruikgemaakt, zoals Deliveroo en onlineshopping. We zullen dus vaker dan voorheen maaltijden aan huis laten leveren, maar dat zal de echte restaurantbeleving niet in de weg staan. De kans is groot dat we na het heropenen van de horeca meer dan ooit zullen willen genieten van het gezelschap van anderen. Toch is het niet ongewoon om ook een beetje zenuwen te voelen bij dat vooruitzicht. Zelfs wanneer je hevig naar iets verlangt, kan het ook voor stress zorgen. In een artikel over social anxiety in de Britse krant The Guardian werd onlangs aangehaald dat het niet voor iedereen even vanzelfsprekend is om de draad van het sociale leven weer op te pikken, niet in het minst omdat we bang zijn dat we het sociaal zijn het afgelopen jaar verleerd hebben. Ook Iris (39) geeft toe dat ze het lichtjes beangstigend vindt om opnieuw naar feestjes te gaan of met grote groepen mensen af te spreken: “Ik ben single en heb het afgelopen jaar echt heel weinig noemenswaardige dingen meegemaakt. Ik werkte van thuis uit en heb me strikt aan de maatregelen gehouden omdat mijn mama, die ook mijn knuffelcontact was, risicopatiënte is. Het afgelopen jaar was dan ook het saaiste uit mijn hele leven. Koppels en mensen met kinderen kunnen nog vertellen hoe ze elkaar de nek wilden omwringen, of welke activiteiten ze verzonnen om hun kroost te entertainen. Veel van mijn vriendinnen bleven Tinderen of gingen nog af en toe naar hun werk, maar ik heb enkel de volledige catalogus van Netflix gebingewatcht. Ik ben bang dat ik niks te vertellen ga hebben deze zomer.” Volgens Emma Warnock-Parkes, klinisch psycholoog en onderzoeker aan de universiteit van Oxford, leggen mensen die sociaal angstig zijn dikwijls te veel druk op zichzelf, en is het normaal dat we in deze tijden allemaal wat roestig zijn geworden op vlak van social skills. Het is dan ook belangrijk om onszelf niet te forceren, en eerlijk onze grenzen aan te geven. Niemand hoeft zich gedwongen te voelen om na deze periode van stilstand meteen weer voor de volle honderd procent sociaal te zijn en in te gaan op iedere uitnodiging. Professor Mark Nelissen is ervan overtuigd dat het ongemakkelijke gevoel dat we nu soms hadden bij beleefdheidsgesprekjes ook vanzelf zal wegebben als de pandemie voorbij is: “Wanneer je de afgelopen maanden iemand tegenkwam op straat, hield je bewust meer afstand dan normaal, en deed je geen moeite om het gesprek gaande te houden. Het mondmasker en de angst voor besmetting stonden vanzelfsprekend contact in de weg. Maar die afstand zullen we binnenkort onbewust laten varen wanneer de omstandigheden veranderen. We hebben immers een aangeboren mechanisme dat onze afstand met vrienden bepaalt, en die ligt op een halve tot een hele meter.”

Bloemen verwelken, schepen vergaan...

We zagen onze vrienden het afgelopen jaar veel minder dan normaal. In de meeste gevallen betreurden we dat gemis, en organiseerden we online ontmoetingsmomenten,
verzamelden rond een kampvuur of wandelden door het bos met drinkbussen gevuld met wijn. Maar wat met de vriendschappen die we niet bewust in leven hielden? De coronacrisis was het uitgelezen moment om het contact met minder hechte vrienden te laten verwateren. Zullen enkel onze meest hechte vriendschappen standhouden wanneer het covidgevaar geweken is? Ook hier geloven de experts stellig in onze biologische drang naar sociaal contact. Professor Nelissen: “In het leven heb je maar een paar echt goede vrienden nodig. Die vriendschappen hebben de pandemie ongetwijfeld overleefd. Maar ook de andere vrienden, die we het afgelopen jaar misschien uit het oog verloren zijn, zullen stilaan terug boven water komen. In de prehistorie leefden wij in groep en waren we constant in contact met anderen. Tegenwoordig vervangt onze vriendenkring dat groepsleven. Zelfs wanneer we bepaalde vrienden soms ergerlijk vinden, zullen we hen automatisch weer gaan opzoeken. Onderzoek toonde aan dat kankerpatiënten na hun genezing ook opnieuw contact zoeken met de vrienden die hen tijdens hun ziekte in de steek lieten. Soms wordt dat contact zelfs nog hechter dan voordien.” Alain Van Hiel: “Ik durf niet met zekerheid te beweren dat je vriendenkring nog dezelfde zal zijn postcorona. Vrienden komen en gaan tijdens een mensenleven. Maar wat wel blijft bestaan, is onze behoefte aan vriendschap. Misschien heeft de vriendschap met een bepaald persoon de crisis niet overleefd, maar de nood om je te verbinden met anderen zal er altijd zijn.” En zo leerde het afgelopen jaar ons niet alleen een heleboel over de werking van virussen, computerprogramma’s en vaccinaties, maar ook en vooral over de dingen die echt belangrijk zijn in het leven, en die overeind blijven als al de rest wordt stilgelegd. Of zoals schrijver en acteur Ramsey Nasr, die met De Fundamenten een essaybundel over de coronacrisis schreef, het begin april verwoordde in De Standaard Weekblad: ‘Daar zit je dan met je paswoorden, je afspraken, je spaarboekje en je rendement. Het bleek daar niet meer om te gaan, maar om wezenlijke dingen zoals gezondheid en geluk. Er zijn geen verhalen bekend van mensen die op hun sterfbed zeggen: ‘Goh, ik wou dat ik meer geld had verdiend’.’ Het is bewezen dat mensen die genieten van sociaal contact langer en gelukkiger leven dan hun eenzame soortgenoten. Aarzel dus niet langer en haal, van zodra het terug kan, de banden weer aan met iedereen die je het afgelopen jaar gemist hebt, of dat nu je hartsvriend(in), je achternicht of de uitbater van je stamcafé is. Kijk diep in elkaars ogen, knuffel als nooit tevoren en besef dat het leven te kort is om op je eentje door te brengen.

Op z’n Oosters

Ook al zijn experts het erover eens dat de traditionele handdruk snel een comeback zal maken, toch is het vanuit hygiënisch oogpunt lang niet slecht om een andere begroeting te introduceren, willen we verkoudheden en bacteriën geen kans meer geven. In Japan hebben ze dat al veel langer begrepen. Daar wordt lichamelijk contact met een vreemde zo veel mogelijk vermeden, en is kussen zelfs volledig uit den boze. Japanners kiezen voor de zeer respectvolle buiging als begroeting, waarbij de laagste in rang het diepst naar voren buigt. In Thailand worden tijdens het buigen ook de handpalmen tegen elkaar geplaatst. In tegenstelling tot het Westen, waar de handdruk vooral biologisch bepaald is, is de manier van begroeten in oosterse culturen een uiting van respect, die al op heel jonge leeftijd aan de kinderen wordt geleerd. In India gaan ze nog een stapje verder en raken jonge mensen bij wijze van begroeting de voeten van de oudere/wijzere personen aan. En ook op de Filipijnen wordt een onderscheid gemaakt tussen jong en oud door de handpalm van de oudere persoon tegen je voorhoofd te houden, al lijkt dat in coronatijden nu ook weer niet de allerslimste manier om respect te betuigen. Tibet ten slotte wint de prijs voor de meest originele begroeting. Daar vinden ze het namelijk heel normaal om hun tong naar elkaar uit te steken als ze iemand welkom heten.

Door: Ans Vroom

Meer human interest artikels:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

Gesponsorde content