Getuigenis: Axel maakte als chirurg een medische fout

Medische fouten of incidenten: jaarlijks maken ze van meer dan 400.000 patiënten dodelijke slachtoffers. Axel (een schuilnaam) doorbreekt het taboe over het litteken dat het naliet op zijn werk als arts.

In Europa is een medisch incident de derde of vierde doodsoorzaak, na hart- en vaatziekten, kanker en longaandoeningen. Ook zouden in westerse landen meer mensen sterven door medische fouten dan in het verkeer. En volgens een studie uit 2013 loopt het aantal onnodige sterfgevallen wereldwijd op tot maar liefst 400.000 per jaar. “Dat is vergelijkbaar met twee jumbojets die elke 24 uur uit de lucht vallen.” Het zijn straffe cijfers en net daarom vindt Michel Bafort, hoofd verloskunde in het AZ Alma in Eeklo, dat er iets aan moet worden gedaan. Het woord ‘fout’ is overigens niet helemaal juist, meent hij. “Dat legt de oorzaak bij de zorgverstrekker, terwijl het vaak om een structureel probleem gaat.”

Axel (een schuilnaam) was meer dan 30 jaar actief als chirurg. Inmiddels is hij al enkele jaren met pensioen. Dat is de reden dat hij wil praten, want ook hij beseft maar al te goed hoe groot het taboe is.

“Het gebeurde halverwege de jaren 90. Ik werkte samen met een collega, de man is inmiddels overleden. In het kort komt het erop neer dat de ingreep die we samen uitvoerden niet helemaal volgens plan verliep, tot grote ontevredenheid van de patiënt.”

De patiënt begon een proces dat uiteindelijk elf jaar duurde. Hij wilde een schadevergoeding omdat hij er emotioneel onder leed, vertelt Axel. “Hoeveel schadevergoeding hij eiste, weet ik niet. Het ziekenfonds van de patiënt wilde de kosten op mij verhalen. Alles bij elkaar ging het om een grote som.”

Uiteindelijk werd er een minnelijke schikking geregeld die door de verzekering van Axel werd betaald. “Dat lucht op natuurlijk, maar neemt het schuldgevoel niet weg. Ik heb het duizenden keren opnieuw overdacht. Had ik maar dit, had ik maar dat… Hoe dan ook, ik had gefaald als arts. Dat leg je niet zomaar naast je neer. Het klinkt wellicht raar, maar ik denk dat iemands dood veroorzaken makkelijker te verwerken is dan iemand levenslang met een handicap opzadelen. En dat mensen sterven door toedoen van een arts, dat komt helaas soms voor.”

Hij had met plezier betaald om van zijn schuldgevoel af te zijn, klinkt het. “Maar je weet dat het niet helpt, natuurlijk. Het heeft zeker nog drie jaar geduurd na het proces voor ik wat vrede met de situatie had. Toch heeft het me een onherstelbare deuk in mijn zelfvertrouwen gegeven. Het heeft de rest van mijn carrière bepaald, ik durfde geen grote risico’s meer te nemen. Ik ben nooit meer dezelfde geworden. Vroeger was ik een moedige kerel, nu ben ik een heel voorzichtig man. Te bang om ooit nog een fout te begaan. Die angst zal nooit meer weggaan.”

Het grootste probleem zijn de verzekeringen, concludeert de gepensioneerde chirurg. “Omdat je niet mag zeggen dat je ‘in fout’ was. Geef je dat toe, dan kan de verzekering niet procederen. Terwijl het zo veel menselijker zou zijn als je kunt zeggen dat je een stommiteit hebt begaan. Dat verplicht zwijgen weegt zwaar door; je mag je medelijden niet tonen, want daarmee toon je je schuld.

Fouten maken is menselijk, besluit Axel. “De meeste incidenten komen door vermoeidheid. Ik word bij wijze van spreken nog liever door een dronken arts geholpen dan door een oververmoeide arts. Daar zit het probleem, het zou niet mogen zijn dat artsen zo lang achter elkaar moeten werken.”

SYSTEM SHUT DOWN

Zo’n tachtig procent van de medische incidenten is het gevolg van een systeemfout, zegt Michel Bafort: “Als een arts van wacht een nacht heeft doorgewerkt en de volgende ochtend opnieuw in de operatiezaal aan de slag moet, is dat een systeemfout. Dat is onaanvaardbaar; piloten en chauffeurs mogen niet doorwerken, artsen moeten soms wel. Iedere patiënt heeft recht op een uitgeruste, montere arts. Men gaat ervan uit dat dat vanzelfsprekend is, maar uit de praktijk blijkt het omgekeerde. Er zijn doodvermoeide artsen die toch nog aan een ingreep beginnen, ze draaien soms dagen van 15 uur. Dat is niet meer van deze tijd.”

Patiënten die slachtoffer zijn van een mogelijke medische fout, kunnen dat melden bij het Fonds voor Medische Ongevallen (FMO), maar volgens Michel Bafort zijn er te weinig middelen en geld om het fonds naar behoren te laten werken. “Een nieuwe organisatie zou een oplossing kunnen zijn. Met medewerking van ervaren artsen én juristen.”

Intussen staat het initiatief voor het meldpunt dat vorig jaar werd gelanceerd anno 2020 nog even ver als toen. “De reacties waren niet altijd even positief”, weet dr. Bafort. “Omdat het een taboe is en men er niet graag over hoort, laat staan dat men erover spreekt. Maar het plan voor het meldpunt blijft bestaan, het is opgenomen door de Nationale Raad van de Orde van Artsen en het wordt verder uitgewerkt. Het hoger maatschappelijk belang is groot: als je een vrij meldpunt opent, is dat ten voordele van alle patiënten en de gezondheidszorg in België. Het gaat om een kwaliteitsverbetering die levens redt.”

Artsen die geconfronteerd worden met een medisch incident, zijn second victims en kunnen terecht voor psychische bijstand bij Arts in Nood: 0800/23.460.

Verplegend personeel kan aankloppen bij de psychologen van het ziekenhuis waar ze werken, zonder dat de directie ervan op de hoogte wordt gesteld.

 

Lees ook:

Tekst: Joanie De Rijke – Openingsbeeld: stockbeeld

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

Gesponsorde content