Tine Gregoor en Joanie de Rijke schreven een hommage aan de slachtoffers van 22/3
Vandaag is het exact vijf jaar geleden dat Zaventem en Brussel werden opgeschrikt door de terroristische aanslagen van IS. Tine Gregoor was een van de artsen die slachtoffers toen eerste hulp bood. Later ontmoette ze Joanie de Rijke tijdens een interview. Samen schreven ze ‘Bommen in Brussel’, een hommage aan de slachtoffers van 22 maart.
Vijf jaar geleden. Om 7.58 uur ontploft een eerste bom in de vertrekhal van Brussels Airport. Negen seconden later volgt een tweede. De schade is niet te overzien. Ongeveer een uur later volgt een ontploffing in een metrostel dat net uit Maalbeek vertrokken is. Later blijkt het om aanslagen te gaan door IS. De ravage is aanzienlijk: 32 onschuldige passanten overleven de aanslagen niet en er zijn meer dan 300 gewonden. Tine Gregoor, bedrijfsarts, rijdt die ochtend net voorbij het metrostation van Maalbeek. Ze springt uit haar auto en biedt aan om eerste zorgen toe te dienen. Ze ziet schrijnende taferelen en verwondingen die ze nooit nog zal vergeten.
Enkele maanden later ontmoet ze Joanie de Rijke. Joanie is journalist en schrijft Tine’s verhaal neer. De twee worden vriendinnen. Vier jaar later volgt het boek ‘Bommen in Brussel’, een hommage aan de slachtoffers.
Tine kan niet aanwezig zijn bij het online interview. “Door een aanrijding moet ze twee weken rusten. Maar al bij al stelt ze het goed”, vertelt Joanie. Als Joanies naam een belletje doet rinkelen, is dat misschien van de reportages die ze schrijft voor Feeling. Daarnaast freelancet ze voor tal van andere magazines en kranten, voornamelijk als oorlogsjournalist.
Jullie schreven niet enkel het boek samen, jullie werden ook vriendinnen. Als journalist ontmoet je waarschijnlijk geregeld bijzondere mensen. Waarom voelde je meteen een connectie met Tine?
“Ik ontmoette Tine in november 2016, enkele maanden na de aanslagen. Ik interviewde haar naar aanleiding van een jaaroverzicht. Het werd een dubbelinterview met Déborah, een jonge vrouw die in het metrostel zat waarin een bom ontplofte. Het was een bijzonder gesprek: hulpverlener en slachtoffer ontmoetten elkaar. Déborah vertelde hoe ze van haar stoel werd getild en hoe het daarna donker werd. Hoe iedereen rond haar gilde en naar buiten wilde. Tine vertelde over de vreselijke beelden die ze zag: over de verbrande voetjes van een kindje of de moedige vrouw die sterk bleef terwijl haar ingewanden zich buiten haar lichaam bevonden. Het was een sereen gesprek, woorden kwamen vaak moeilijk. Ik voelde dat het trauma nog niet verwerkt was, boosheid en verdriet waren nog vers. Het was allemaal nog niet verwerkt. Op een gegeven moment rolden de tranen over de wangen van Tine en Déborah. Ik huilde mee. Ik moest zelf nog een trauma verwerken, al besefte ik dat zelf nog niet...
“Het belang van psychologische begeleiding kan niet vaak genoeg onderstreept worden”
En dat trauma had ook te maken met IS...
“Enkele weken eerder, op 2 oktober 2016, was ik als oorlogsjournalist aan het werk in Sirtre in Libië met goede vriend en fotograaf Jeroen Oelenaers. De dag voor we naar huis zouden vertrekken, werd hij doodgeschoten door een scherpschutter van de IS. Op zich had het niets te maken met de gebeurtenissen op Zaventem, maar het was wel wat Tine en mij verbond: we deelden een trauma. We hielden contact. Toen ze me in de zomer van 2020 contacteerde omdat ze een boek wilde maken over de gebeurtenissen in Brussel, wilde ik daar graag aan meewerken. Het is een hommage geworden aan de slachtoffers. We interviewden hen, tekenden hun verhaal op en vroegen het nu ging.”
Het zijn pakkende getuigenissen. Welke is jou het meest bijgebleven?Â
“Natuurlijk zijn al die verhalen belangrijk, ze zijn stuk voor stuk tragisch. Eentje dat er erg inhakte, was dat van Béatrice. Zij was 17 jaar op het moment van de feiten. Ze woonde in Brussel en zou voor de paasvakantie naar haar familie in Amerika gaan. Voor haar vertrek sloeg het noodlot toe. Ze verloor haar beide onderbenen tijdens de aanslagen. Ze was slechts 17, haar leven moest nog beginnen, nu moest ze haar leven opnieuw opbouwen. Het is mooi om te zien met welke vechtlust ze dat doet. Ze probeert echt opnieuw iets moois van haar leven te maken. Ze is terug gaan paardrijden en wilde vorig jaar meedoen aan de Paralympics. Nu dat niet doorging door corona, traint ze weer voor een ander sportevenement. Ze doet dat fantastisch.”
Veerkracht waarvan we allemaal nog iets kunnen leren...
“Absoluut wel, maar het is geen blij verhaal. Ze is ook nog steeds heel boos hoor. We willen zeker geen vertekend beeld geven met het boek en een te rooskleurig verhaal ophangen. Er zijn veel slachtoffers die het trauma niet verwerkt hebben. Er is nog veel frustratie, woede, verdriet... Gebeurtenissen als deze slaan diepe wonden. De slachtoffers in het boek zijn slechts een selectie van mensen die hun verhaal wilden doen. Dat is trouwens een van de redenen waarom we het boek willen brengen: we laten weten dat we de slachtoffers niet vergeten zijn. Het leven gaat op een gegeven moment door, maar het verdriet en de pijn zijn er nog. Dat verdriet is vaak heel eenzaam.”
Je vertelde over je eigen trauma. Hoe ben je dat te boven gekomen?Â
“Dankzij EMDR-therapie, een therapievorm die vaak wordt toegepast bij mensen die kampen met posttraumatische stress na een heftige gebeurtenis. Mij heeft het enorm geholpen om aan mijn verwerking te kunnen beginnen. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat het voor iedereen werkt, verwerking is heel persoonlijk. Voor mij werkt schrijven bijvoorbeeld helend. Ik merkte trouwens ook dat het Tine enorm heeft geholpen. In het eerste hoofdstuk vertelt ze uitgebreid over wat ze zag en meemaakte, en dat heeft haar een vorm van rust gegeven.”
Wat is de belangrijkste les die je trok uit het schrijven van dit boek?
“Er moet nog steeds meer aandacht zijn voor psychologische begeleiding. Dat merkte ik toen al en dat merk ik in deze huidige crisis opnieuw. Mijn zus is psycholoog en zij en haar collega’s zitten helemaal volgeboekt. Er wordt tegenwoordig al redelijk wat aandacht aan psychisch welzijn in de media besteed, maar ik denk dat we het belang niet vaak genoeg kunnen onderstrepen. Psychische hulp zou toegankelijk en betaalbaar moeten zijn voor iedereen die het nodig heeft.”
Meer psycho & relatie:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier