Column Cath Luyten: ‘Zelfs zonder social media ontsnap je niet aan de werkelijkheid’

Ze volgde haar man naar het grillige Schotland en nam ons de voorbije zes maanden mee op dat avontuur: een laatste indruk van Cath Luyten over haar tijdelijke thuis.

Beeldenstorm

Voor het eerst deze vakantie word ik wakker van donder en regen. Geen gekwetter van Provençaalse ochtendvogeltjes of opgewonden kinderstemmen over wat de dag brengt. Wel hevige lichtflitsen en stevige onweersdreunen die weergalmen in de valleien rond de Mont Ventoux. Onze vakantie zit er bijna op. Manlief moet vandaag en morgen alweer aan de bak dus ik laat hem nog even soezen in het riante bed van ons fancy hotel, dat een charmant oud dorp heeft ingepalmd. Zelf pak ik voor het eerst zo vroeg mijn telefoon. Ik ben er trots op dat ik de voorbije weken nauwelijks gescrold heb. Mijn algoritme lijkt wat in de war. Op wat Dolomieten– en berenposts na (sinds ik er met mijn oudste een weekje ging klimmen) ben ik er fraai van afgebleven en springt er niks tussenuit.

Tot ik op een stevig binnenkomende reel beland van een moeder die verwoordt waar wellicht veel mensen deze zomer mee gewrongen zaten. Haar filmpje is een montage van zoete kindertaferelen op vakantie. Twee blonde kopjes op een zuiders marktje graaiend tussen een overdaad aan fruit: glimmende nectarines, dikke trossen paarse druiven, rood doormidden gesneden watermeloenen. Diezelfde broer en zus, in hippe oversized T-shirts, lurkend aan een fontein met leeuwenkop onder een bordje ‘eau potable’. Of rennend achter een boer met schapen, de geschoren beesten een beetje opjagend.

Zelfs zonder het openen van social media of krant ging het struisvogel spelen me maar moeilijk af

Maar wat ze ertussen geweven heeft, doet de ochtendkoffie in mijn maag draaien. Beelden van schreeuwende kinderen, met vuile, lege plastic dozen elkaar vertrappelend om iets te scoren bij een schaarse voedselbedeling. Een meisje in een gescheurd jurkje dat haar lippen tuit onder de laadbak van een kapotgeschoten vrachtwagen omdat er iets van vloeistof uitdruppelt. Een bende kinderen lopend achter een konvooi met hulpgoederen. Beschaamd bedenk ik dat dát de reden is waarom ik mijn gsm de voorbije twee weken liet liggen. Ik had geen zin in deze beelden. Ik wilde vakantie. Mijn hoofd leegmaken, genieten van mijn kroost en de schilderachtige omgeving. Zonder me schuldig te moeten voelen over de factuur die over twee dagen volgt in een gevoerde enveloppe met de woorden ‘Was alles naar wens?’. En toch. Zelfs zonder het openen van social media of krant ging het struisvogel spelen me maar moeilijk af.

Een enkele keer irriteerde ik zelfs mijn lief, toen hij onze vermoeide kleuter in zijn armen droeg tijdens een wandeling tussen de olijfbomen en ik de vergelijking maakte met een Palestijnse vader die hulp zocht voor zijn gewonde kind. Door de post van die mama tweemaal te bekijken, zette ik het algoritme weer in gang. En al gauw kwamen de rode lijnen en protestposts weer aardig op gang. En dat is exact wat moet gebeuren. Net zolang tot onze premier de rode watermeloenen, die hij tijdens zijn safari in Zuid-Afrika aan olifanten gevoerd zag, als een herinnering aan Gaza ziet, en beseft dat het terugkerend vakantievolkje in België geen dag níet aan de situatie daar heeft gedacht.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise

Commerciële boodschap