Column Cath Luyten: ‘In deze tijdsgeest is de vraag naar een onderbroek lang niet meer zo onschuldig’
Ze volgt haar man tijdelijk naar het grillige Schotland en neemt ons de komende zes maanden mee op dat avontuur: als Cath Luyten van huis is, zijn we er graag bij.
Full monty
Als vliegende reporter voor Café Corsari werd ik ooit de straat op gestuurd toen de Schotten tegen de Belgen kwamen sjotten. Niet zozeer om naar pronostieken te peilen, wel om erachter te komen of dat trotse volkje nu wel of geen slip draagt onder die kilt. Gek genoeg herinner ik me de afloop van dat onderzoek niet. Dichter bij de bron en bijna vijftien jaar later wil ik het nog steeds graag weten, maar besef ik dat in de tijdsgeest van vandaag de vraag stellen lang niet meer zo onschuldig is. Op een van mijn trips door het land bots ik op Callum, roodharig, gespierd en in kilt getooid, nonchalant tegen zijn geparkeerde Defender leunend, terwijl hij op zijn passagiers wacht. Tegen de achtergrond van een oud kerkje met verlaten kerkhof kan het beeld niet Schotser.

Wat ik de voorbije maanden aan om en bij de vijftien mannen in rok niet heb durven vragen, besluit ik vandaag wel te doen. Met een omweg via ‘Mooi weer toch, hè’ en ‘Wat doet u hier?’ naar ‘En draagt u vaak een kilt?’ Callum blijkt reisleider te zijn, en om zijn gezelschap de totaalervaring te bezorgen doet hij dat in een grijze geruite rok. Hij leert me dat er tig verschillende soorten Schotse ruiten zijn die elk voor een andere familieclan staan. Eeuwen geleden al bevochten ze daarin de vijand. Vijf meter aan tartanstof waar ze zich elke ochtend zorgvuldig in wikkelden, bij goed weer tot op de knie, ’s winters tot aan de enkel. ’s Nachts fabriceerden ze er een hangmat mét deken van om te slapen tussen de bomen, en de zakken die ze erin konden plooien, waren ideaal om dingen in te vervoeren. Na een veldslag eens goed wrijven met dat stofje en hun zwaard en schild blonken weer als tevoren. ‘En dat allemaal met de billen bloot?’, opper ik luchtig. Hij knikt affirmatief. ‘Er gaat een gezegde dat noeste Schotten wel kilts móésten dragen, want een onderbroek zou het zaakje nooit bijeenhouden.’ Hij zegt het ernstig. Toch waag ik het erop mijn slag te slaan: ‘En u hier, vandaag?’ Nog steeds serieus legt hij uit dat hij aan het werk is, en dus een onderbroek draagt. Dat het bij de Highland Games ondertussen verplicht is, niemand wil jeugdige toeschouwers shockeren tijdens het boomstamwerpen. Maar bij een huwelijk gaan ze dan wel weer full monty. Een voldaan gevoel maakt zich van me meester. Of hij het erg vindt dat hij die vraag telkens opnieuw krijgt, sluit ik af. Waarop hij duidelijk maakt dat er een verschil is tussen er beleefd naar polsen en – zoals een klant vorige week – ongevraagd de hand uitsteken. ‘Dat zouden wij nu eens moeten proberen.’ En gelijk heeft hij. Op de luchthaven bots ik op een whiskyreclame met Harisson Ford in kilt. Ik denk niet langer: ‘Zou-ie?’

Meer lezen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier