Column Els Keymeulen: ‘Ik wist niet of ik daar, op perron 9, al moest beginnen wenen, of later pas’

Els Keymeulen

Hoofdredacteur Els Keymeulen schrijft elke maand in Feeling over haar avonturen in modeland. Deze keer ging ze met de trein naar het werk…

Het spoor bijster

Soms gaat alles mis – en het liefst tegelijk, in mijn geval. En toch: dit is hoe de meest stresserende dag van míjn lente transformeerde in een wonderschone ervaring. Buckle up!

Ik zat op de trein naar het werk in volle ochtendspits: bij de NMBS betekent dat traditioneel geen zitplaats, vouwfietsen op je tenen en geïrriteerde pendelaars met ochtendadem. Met mijn humeur viel het al bij al behoorlijk mee, tot ik – we waren net Antwerpen-Berchem voorbij – voelde wat geen vrouw wil voelen op een drukke trein om 8 uur ’s ochtends: mijn maandstonden waren er. Onaangekondigd, en – excuus voor zoveel transparantie – instant op volle sterkte. Ik scande mijn outfit: mijn jeans zou het wel even houden, maar ik kon niet wachten tot Brussel: ik moest van de trein af, tampons kopen, een toilet zoeken. Ik stapte in Mechelen af, holde van het krantenwinkeltje naar de wc’s en stootte op een strenge toiletmevrouw: eerst betalen. Ik protesteerde, want dringend, en mocht ik eerst en kon ik later... Nee: betalen. Ik diepte half stomend een euro op – feit: er ligt altijd een euro op de bodem van een vrouwentas –, gooide die boos op het schoteltje en rende een toilethokje in.

Veel papier en geknoei later stapte ik naar buiten, maar niet zonder eerst mijn handen te wassen. Het tweede drama van die ochtend voltrok zich: ik vergat mijn oude, gouden ring op het wasbakje, en in al mijn stress had ik dat pas door op perron 9, waar ik wachtte op de volgende trein naar Brussel. Wie ooit al eens iets belangrijks is kwijtgespeeld of vergeten, kent het gevoel: een soort paniekgolf trok door mijn lijf, en ik wist niet of ik daar, op perron 9, al moest beginnen wenen, of later pas. Ik koos voor later, sprintte de trappen af, racete het station door, raakte in de haast met mijn handtas een stuk of drie pendelaars, en stond toen hijgend, overspannen en – oké ja – met trillende onderlip voor de boze toiletmevrouw die haar wc’s bewaakte als zat Justin Bieber himself daar in een hokje zijn ding te doen. ‘Ik moet nú naar binnen’, zei ik, en ik stapte haar schoteltje voorbij, recht richting wastafel: geen ring. Wénen, instant.

‘Mevrouw’, klonk het van achter mijn rug, ‘kan het dat dit uw ring is?’ De toiletmevrouw hield mijn oude gouden ring omhoog. ‘Ja!’ zei ik, ‘oh, ik ben zo blij!’ ‘Nét op tijd zien liggen’, sprak ze, ‘want zoiets durft hier al wel eens te verdwijnen.’ Ik vond het ongepast haar om de hals te vliegen, maar ik had daar – terug op perron 9 – toch een beetje spijt van. Ze bewaakte haar toiletten voor óns, voor wat we dreigen te verliezen in de waan van de dag. Alweer een les geleerd.

Meer lezen:

Partner Expertise

Commerciële boodschap