De kuren van de keizer: one on one met Karl Lagerfeld

It’s the end of an era: modegoeroe en ‘Keizer van de Franse modewereld’, Karl Lagerfeld, is vanmorgen overleden. Hij werd vijfentachtig jaar. Wij spraken in 2013 met dé legende in Parijs. Een bijzonder ontspannen babbel over zijn kat Choupette, zijn petekinderen en jawel, bad hairdays.

Parijs zindert in de julihitte, maar in de lobby van boetiekhotel Bel Ami daalt mijn emotionele thermometer richting absoluut vriespunt. Dat ik als enige Belg en één van de zes journalisten wereldwijd een interview kon bemachtigen met de bekendste aller ontwerpers, is dan wel geweldig, na meer dan twee uur wachten op Der Kaiser begint mijn enthousiasme stilaan te smelten. Dat een pr die nauw met hem samenwerkte, me recentelijk vertelde dat de man, als het hem uitkomt, om vier uur ’s nachts nog interviews geeft, stemt me ook niet bepaald hoopvol. Tot ik een sms’je krijg met de melding dat ik over een kwartier verwacht word in Lagerfelds boekenwinkel annex fotostudio in hartje Saint-Germain-des-Prés, waar hij de beelden schiet voor de volgende kapselcampagne van Schwarzkopf.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Ik heb hem jaren geleden al eens kort geïnterviewd na een defilé van Chanel, maar dit is anders. Weg van de hysterie van de catwalk wil ik een poging doen de mens achter het personage te vangen, proberen te vatten wie die hedendaagse zonnekoning met waaier, paardenstaart, zonnebril, vingerloze handschoenen en, zoals ik tijdens ons gesprek zal merken, een iPhone-hoesje met portret van zichzelf, écht is. Een schier onmogelijke opdracht, want al spuit hij over werkelijk alles zijn mening, over zijn privéleven is bijzonder weinig geweten. Ofwel schermt hij het bijzonder goed af, ofwel bestaat het niet – dat Lagerfeld me vertelt dat zijn kat amper mensen ziet, zegt wellicht meer over hem dan over het beestje in kwestie. Verbazend is dat niet, want beweren dat Lagerfeld een workaholic is, is even revelerend als de uitspraak dat water nat is. Hij is creatief directeur van Chanel, Fendi en zijn eigen label, werkt steeds vaker als fotograaf en doet elk seizoen tig nevenprojecten. Niet dat hij de indruk geeft drukbezet te zijn: wanneer zowel zijn assistente als de Schwarzkopf-pr me na twintig minuten interview meedeelt dat mijn tijd erop zit, laat hij weten dat we gerust nog verder kunnen praten. Dat hij in opperbeste stemming verkeerde, was trouwens al duidelijk toen ie me meteen na onze introductie zijn nieuwste fotoboek, The Glory of Water, overhandigde. “Pas in het najaar te koop in de winkel. En ken je mijn boek over The Little Black Jacket? Want anders geef ik je dat ook nog. O, je hebt het al? Mooi.”

Meneer Lagerfeld, ik heb een simpele theorie over u: dat u na een carrière van bijna zestig jaar nog altijd actief bent, is simpelweg omdat uw werk u gelukkig maakt.

Karl Lagerfeld: “Absoluut. Geluk is: doen wat je graag doet. Stel je de horror van een leven voor waarin je voortdurend dingen uitvoert waarin je geen zin hebt... dat zou een permanente straf zijn. Ik hoop dat jij van je job houdt?”

Hou zou ik DIT niet leuk kunnen vinden?

“Aha (lacht). Je weet het nooit, hé. Er zijn er zoveel die zichzelf te goed vinden voor hun job en geloof me, ik kom ze vaak tegen (monkellachje).”

Wat precies maakt u gelukkig?

“Ik ken eerder een vaag gevoel van geluk, honderd procent ben ik het nog nooit geweest. Een heel gezonde houding, want als je écht tevreden bent, wordt het gevaarlijk. Ik vind dat je altijd beter moet kunnen. Of toch moet geloven dat het kan.”

Is dat de reden waarom u zover bent gekomen?

“Ik weet niet hoever ik ben. Ik zie mezelf nog altijd in the middle of nowhere.”

‘Ik ben nooit helemaal gelukkig. Het moet altijd nog iets beter kunnen’

Dat kan ik moeilijk geloven.

“Echt wel. Ik heb nog nooit tegen mezelf gezegd: ‘Je hebt het ver geschopt’. Het verbaast me bijvoorbeeld dat ik de straat niet op kan zonder te worden aangeklampt. Dat is toch grotesk? Ik zie mezelf echt niet als bekend persoon, hoe bizar dat misschien ook klinkt.”

U bent creatief directeur bij Chanel en Fendi, hebt uw eigen merk, fotografeert campagnes en modeshoots, u maakt boeken... Kunt u thuis makkelijk de knop omdraaien?

“O, maar ik ben altijd relaxed, daar hoef ik echt niet thuis voor te zijn. Ik ben ook op dit moment bijzonder ontspannen, if you don’t mind.”

Wat ik bedoelde: kunt u uw werk vergeten als u...

(fel) “Maar ik wil mijn werk helemaal niet vergeten! Als ik in een fabriek of op kantoor zou werken, dan wellicht wel. Maar mijn job – mode, fotografie, boeken maken – is mijn passie, ik hoef dat niet te vergeten. Sterker: ik denk aan niets anders. Ik ben erdoor geobsedeerd, zoals anderen seksueel geobsedeerd zijn.”

Welk van beide is het ergst, denkt u?

(gespeeld verontwaardigd) “Ik ben niet geobsedeerd door het laatste, dus kan ik je vraag niet beantwoorden. Mijn opvoeding staat me dat overigens ook niet toe.”

Het spijt me.

(lacht) “Nee, nee het spijt mij.”

Laten we het over uw look hebben. Heeft een perfectionist als u ooit last van een bad hairday?

“Ja, als mijn haar vochtig is. Het golft van nature, dus moet ik het elke dag stylen, wat ik overigens heel aangenaam vind. Soms sta ik uren voor de spiegel te kammen. Ik ben Rapunzel (schaterlach). Ik verzamel trouwens borstels.”

Hoeveel hebt u er?
“Geen idee. Luxe is dat je niet meer hoeft te tellen. Mijn favoriete worden in Ierland gemaakt, al weet niemand precies waar. Ik koop ze ook nooit, ik krijg ze cadeau van Odile (Gilbert, bekend kapster, red.).”

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Uw paardenstaart is zo typerend dat ik me afvraag wie u zonder nog zou zijn.

“Niemand (schaterlach). Echt waar, geen mens zou me nog herkennen.”

Was het het resultaat van lang denkwerk?

“O nee. Ik haat het als mijn haar in mijn gezicht valt, meer moet je er niet achter zoeken. Toen ik er lang geleden mee begon, was ik ook niet zeker of ik een kort kapsel wilde, zo’n staart was de simpelste oplossing – het duurt drie seconden en hij blijft de hele dag zitten. Ik doe er droogshampoo op om hem witter te doen lijken, wat de Fransen een méringue noemen. Ik ben dan untouchable.”

Lees ook: dit zit in de beautycase van modegoeroe Karl Lagerfeld 

Letterlijk?

“Ja. Ik hou er niet van dat mensen me aanraken of te dichtbij komen. Zelfs Choupette (zijn kat, die overigens haar eigen Twitter-account heeft, red.) knuffel ik niet. Ze heeft daar twee meiden voor.”

Vandaar dat u dat mysterie rond uw persoon gecreëerd hebt?

“Mysterie? Ik ben de enige persoon die dat niet opmerkt.”

Klopt, maar geef toe: u doet er alles aan om de Lagerfeld-mythe in stand te houden. Waarom?

“Ik wil mensen iets geven waarover ze kunnen fantaseren. Ik ben de enige die écht de waarheid kent, dat vind ik fijn. Ik heb overigens geen familie meer, dus dat is alvast geen probleem.”

Maar een interessant persoon heeft zo’n mythevorming toch niet nodig?

“Heel vriendelijk van je, maar ik zie mezelf echt niet als een interessant mens. Al ben ik wel blij als anderen dat van me denken. Doorgaans omdat ze me niet kennen (grinnikt).”

Uw bescheidenheid is onwerkelijk.

“Ik vind dat ik dat moet zijn. Ik haat het wanneer iemand vol is van zichzelf.”

Armin Morbach van Schwarzkopf vertelde me dat u er een bijzonder werkritme op nahoudt: u begint om vier uur ’s namiddags en werkt tot vier uur ’s nachts. 

(droogjes) “Vaak nog veel langer. Gisteren heb ik om acht uur ’s morgens de schetsen gemaakt en we hebben tot drie uur ’s nachts doorgewerkt.”

Hoe houdt u dat vol?

“Door genoeg te slapen. De wereld mag vergaan, ik moet en zal mijn zeven uur rust hebben. Vannacht ben ik om halfvier naar bed gegaan, precies om halfelf was ik wakker. Ik slaap altijd door, tenzij Choupette op mijn gezicht springt omdat ze wil eten of twintig keer op en neer over mijn lichaam wandelt. Als ik thuis ben, zijn haar maids er namelijk niet (hij haalt zijn gsm boven en toont een paar foto’s van een prachtige Siamese kat met lichtblauwe ogen).”

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Is ze een diva?

Erger dan een diva, alsof je Garbo zelf in huis hebt. In mijn huis in Zuid-Frankrijk heeft ze haar eigen tuin van 30 m2, ze heeft ook Fendi-speeltjes van nertsbont, speciaal voor haar gemaakt (waarop hij een foto toont van Choupette met een van haar peperdure hebbedingetjes). Kijk, hier zit ze op mijn bureau, dat doet ze vaak als ik aan het schetsen ben. En wanneer ik brieven schrijf, begint ze aan de randen te knabbelen... krijgen mensen een brief van mij met weggevreten marges. (mijmerend) Het is moeilijk te weten wat zo’n dier écht denkt, hé. Het leuke aan katten is dat je er niet veel tegen moet pratenChoupette heeft het niet op mensen begrepen, ze ziet behalve het personeel en een paar goede vrienden ook amper iemand. En als mijn petekind op bezoek is, gaat ze lopen.”

U hebt verschillende petekinderen, wat wilt u hen meegeven?

“Ik ben er niet om hen op te voeden, dat moeten hun ouders maar doen. Ik ben trouwens de slechtste invloed ooit, want ik kan geen nee zeggen – ze krijgen van mij alles wat ze willen. Mijn oudste petekind, de zoon van Florentine Pabst (de vroegere chef-mode van de Duitse Marie Claire, red.) is veertig en die heb ik erg graag, hij zit in de kunsthandel. En dan zijn er nog twee Amerikaanse broertjes, eentje van twee en een van vijf (de kinderen van ex-model en muze Brad Koenig, red.). De jongste is niet zo grappig, we noemen hem Angela Merkel omdat hij net zoals zij een beetje rond is – ik bedoel dat niet slecht hoor. De andere is de duivel op aarde. Weet je wat zijn bijnaam is? La Terreur.”
Dat zegt veel.

“Ja, hij is net een filmster. En het ergst van al: ik ben waarschijnlijk degene die hem die slechte manieren heeft aangeleerd. Ach, hij is ook wel cute (hij neemt zijn iPhone en toont me een foto van een lachende kleuter).”

‘Kinderen? Nooit gewild. Ik zou hen ruïneren door hen rot te verwennen’

Had u zelf graag kinderen gehad?

(resoluut) “Nee, nee, nee, nee, nee. Nooit gewild. Ik heb het altijd een goed idee gevonden om met mezelf te beginnen en met mezelf te eindigen. Ik ben niet gemaakt voor het familieleven. Het enige wat ik kan, is kortstondig binnenvallen in de familiale relaties van anderen. Ik wil geen enkele verantwoordelijkheid tegenover kinderen, ik zou hen ruïneren door ze rot te verwennen. Choupette is meer dan genoeg.”

Nooit gedacht aan een collectie rond haar?

(enthousiast) “Heb ik net gedaan, een T-shirtlijn voor Colette (de Parijse conceptstore, red.).” Zijn assistente Caroline, een bijzonder charmante Française in strak pak en met grijzend tomboy-kapsel, laat met de glimlach weten dat dat nog niet geweten mag zijn.
“Pardon, excuse-moi. Dat was me dus niet verteld.”

Nog een ander geheim op dit moment: de opening van uw Antwerpse boetiek.

(droogjes) “Ik zou het niet weten, Caroline is veel beter geïnformeerd dan ik. Ik wil verrassingen pas op het laatste moment horen.”

U hebt in al die jaren zoveel fantastische mensen ontmoet, wie... (onderbreekt)

“Ook massa’s die niet zo fantastisch waren, vrees ik.”

Wat ik wilde vragen: wie heeft er écht een impact gehad op u?

“Moeilijk te zeggen, want zodra iemand die lijst ziet, is-ie furieus dat hij er zelf niet op staat. Maar een van mijn favoriete mensen op aarde, al meer dan veertig jaar lang, is Caroline van Monaco; ik ken haar al van toen ze 16 was. Maar ik doe niet graag aan namedropping, al ben ik zelf een starfucker. Of nog erger: een namedropper voor katten.”

We zijn hier eigenlijk om te praten over uw foto’s voor de volgende Schwarzkopf-campagne. Het bedrijf is gevestigd in Hamburg, u bent daar geboren... brengt dat Proustgewijs een Madeleine-ervaring mee?

“O nee, ik eet geen suiker, dus ook geen cake (hilariteit bij alle aanwezigen).”

Da’s een goeie quote voor uw volgende boek.

(gniffelt) “Daar zeg je wat.”

Let them eat cake, maar u niet, zoiets?

“Precies. Ik hou van andere patisserie.”

 

Lees ook:

Tekst door Michaël De Moor 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

Gesponsorde content