Charlotte Broekaert: ‘Zonder mijn hond George zou ik er minstens een paar keer zwaar onderdoor zijn gegaan’
Op 4 oktober vieren we Werelddierendag. En óf ze een feest verdienen. Al zeker als het van deze baasjes afhangt, wier leven een pak aaibaarder werd met de komst van hun vierpotige lifesaver. Toen Charlotte (25) zo goed als alle vaste waarden in haar leven onderuit zag gaan, kwam er één zekerheid: George
Charlotte Broekaert: “Toen ik zeventien was en mijn eerste jaar in Gent op kot ging, kwamen een heleboel dingen in mijn leven samen. Mijn ouders gingen door een moeilijke scheiding, corona deed haar intrede en door de wissel van middelbaar naar universiteit, werd ik ook op vlak van vriendschappen wat uit mijn vaste omgeving getrokken. Op een bepaald punt stond zo goed als alles op losse schroeven. Bovendien zorgde de pandemie ervoor dat ik me tijdelijk heel alleen voelde: mijn papa vormde een bubbel met zijn nieuwe vriendin, mijn zus had haar eigen vriend met wie ze een beginnend gezin aan het opstarten was en mijn mama verbleef in die periode veel aan zee. Mijn grootouders – die mij en mijn zus door de drukke baan van mijn ouders, eigenlijk zo’n beetje hebben opgevoed – waren intussen overleden en bij vrienden kon ik door alle coronaregels ook niet echt op bezoek.”
“Een ongelukkige mix die er mentaal best zwaar in hakte, en dus zocht ik hulp bij een psycholoog. Het was zij die me, na een paar sessies al, aanraadde om opnieuw een hond in huis te nemen. Ook als kind hadden we thuis altijd een hond gehad – een ‘lagotto’ (een Italiaanse waterhond, red.), waardoor ik best een grote affiniteit met dieren had en de aanwezigheid van zo’n dier in huis eigenlijk ook wel miste. Alleen: zelf zou ik me daar nooit zo bewust van geworden zijn. Bovendien paste een hond ook helemaal niet in mijn leven, zo redeneerde ik: ik was nog student en woonde in een appartement, hoe zou ik dat combineren? Maar opnieuw wist mijn therapeut raad: ze zei me specifiek te zoeken naar een ras dat bij mijn noden paste; een hond die perfect aansloot bij mijn levensstijl en bij wat ik van een dier verlangde.”
‘Ook al vraagt een hond best wat verantwoordelijkheid, toch kan ik vijf jaar na datum zonder enige twijfel zeggen dat George in huis halen, de beste beslissing van mijn leven was.
“En dus vinkte ik af: ik wilde het liefst een hond die wel liefde gaf, maar ook geen overload (lacht), die ik af en toe alleen kon laten – als ik naar de les moest of op café wilde bijvoorbeeld – en die ook geen ellenlange wandelingen nodig had per dag. Het resultaat? Een Franse buldog: een ras dat ik, puur op uitzicht, nooit gekozen zou hebben. (lacht) Intussen vind ik George uiteraard wél het mooiste beest op aarde (lacht) en weet ik ook dat looks alleen er – ook bij honden – eigenlijk totaal niet toe doen.”
“Ook al vraagt een hond best wat verantwoordelijkheid, toch kan ik vijf jaar na datum zonder enige twijfel zeggen dat George in huis halen, de beste beslissing van mijn leven was. Zonder hem zou ik er niet alleen minstens een paar keer zwaar mentaal onderdoor gegaan zijn, het was ook hij – en hij alleen – die me in een tijd waarin er eigenlijk niet echt een ander ‘centrum’ was om op terug te vallen, wel weer een thuis heeft kunnen geven. Bovendien leerde een hond in huis me ook relativeren. Ik ben van nature uit nogal een doemdenker en heb soms last van angsten en paniekaanvallen. Thuiskomen bij een beestje dat weinig meer nodig heeft dan jou, eten en een bal om door het huis te jagen, helpt te beseffen hoe relatief alles in het leven is, en hoe futiel soms de dingen waar wij ons zo druk in maken.”
“Omdat ik niet echt een knuffelaar ben, en daardoor ook moeilijk kan genieten van de troost of steun die fysieke nabijheid kan bieden – tenzij van mensen die wel héél erg dicht bij mij staan dan, zoals mijn vriend intussen – heeft George ook op dat vlak een belangrijke rol gespeeld. Van hem kon ik dat immers wel verdragen, waardoor ik – op onze eigen manier weliswaar – net als anderen ook van zo’n soort steun ben gaan genieten. Daarbij heeft het contact met George me gaandeweg geleerd om die steun ook van vrienden of familie veel beter te verdragen.”
“Omdat ik nog zo jong ben, en veel van mijn vrienden dus nog single zijn, gebeurt het weleens dat zij voor emotionele steun ook bij George komen. Soms lijkt hij wel een beetje onze gedeelde therapiehond geworden. (lacht) Én een begrip in Gent: weinig horeca-uitbaters of vaste bartenders die hem intussen niet bij naam kennen. Dat krijg je dan als je een hond het studentenleven binnensluist natuurlijk.”
Meer lezen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier