Architectuurwandelen in Antwerpen: 6 iconische gevels om te spotten in de stad
Tijdens de coronacrisis werd gevelkijken zowat een nationale sport. Die crisis is intussen gelukkig lang verleden tijd, onze liefde voor architectuurwandelingen niet. Deze routes in Antwerpen wil je als liefhebber van de betere art-decogevel en modernistische bouwkunde zeker afschuimen.
1. Art nouveau: Zurenborg en Cogels-Osylei
Liefhebbers van statige art-nouveaugevels met sierlijke balkons, majestueuze ornamenten en vloeiende lijnen moeten zeker eens op tocht gaan door de Antwerpse Zurenborgwijk, samen met bepaalde regio’s in Brussel en Gent een van de rijkste art-nouveaubuurten van ons land. Niet alleen vormde de buurt in de late jaren achttienhonderd het werkveld van architecten als Jos Bascourt, Frans Smet-Verhas, Jules Hofman en Edouard François. Van 1890 tot 1914 werd Zurenborg ook het hart van een enorm architecturaal experiment: naast pure art nouveau werd er ook geëxperimenteerd met neobarok en neogotische elementen. Het resultaat daarvan: een impressionante eclectische puzzel van de meest wonderlijke en kunstzinnige architectuurparels.

Het absolute hoogtepunt van de wijk ligt rond de befaamde Cogels-Osylei, niet voor niks ook weleens als ‘de duurste straat van België bestempeld’, de Waterloostraat en Transvaalstraat. Een wandeling door deze wijk is als binnen struinen in een openluchtmuseum. Een van de niet te missen blikvangers, is huis Quinten Matsys: dit art-nouveauhuis uit 1904 wordt in de volksmond ook weleens ‘het mooiste van Antwerpen’ genoemd. De woning is vernoemd naar schilder Quinten Matsys aan wie op de gevel gerefereerd wordt. Inspiratie voor dit gebouw vond Architect Jacques De Weerdt in het bekende Brusselse Huis Saint-Cyr van Gustave Strauven.

Foto: Jo Braeken
Cogels-Osylei 80
2. Herfst, winter, lente & zomer: vier seizoenen in een dag
Ook verderop, op de kruising van de Generaal Van Merlen- en de Waterloostraat, ligt een parel van formaat: een ensemble van vier hoekhuizen van de Antwerpse architect Jos Bascourt (1863‑1927), die ook veel andere Zurenborgse woningen ontwierp. Wie een rondje rond het pand draait, ziet alle seizoenen passeren: elk huis draagt de naam van een jaargetijde, en de mozaïeken en glasramen werden daar telkens aan aangepast.

Generaal Van Merlenstraat 27-30
3. Maison Guiette: pièce unique en Belgique
Vlak bij het Olympiadekruispunt staat Maison Guiette (1926), het enige bewaarde huis van de Zwitsers-Franse wereldarchitect Le Corbusier in België. Het gebouw, dat sinds een paar jaar tot het Unesco-werelderfgoed behoort, is vernoemd naar haar eerste bewoner: kunstschilder René Guiette, die er woonde en werkte. Schuin tegenover het pand ligt de sympathieke brunchbar Pain Pidou, van waaruit je bij een koffie nog wat langer kunt staren naar dit modernistische juweel.

Foto: Kris Vandevorst
Populierenlaan 32
4. Braemhuis: design in Deurne
Deze woning met atelier in Deurne werd ontworpen door Antwerps architect Renaat Braem (1910‑2001), de enige Belg die ooit stage liep bij Le Corbusier en de ontwerpende hand van de Antwerpse politietoren en de woonblokken op het Kiel. Hij bewoonde dit huis, dat gebouwd werd in 1957, samen met zijn vrouw. In 1999 schonk hij het aan de Vlaamse gemeenschap, dat er een huismuseum in zijn eer van maakte. Deze architecturale must-see is op afspraak ook binnenin te bezoeken.

Foto: Herita/Bjorn Snelders.
Menegemlei 23, info via expeditiedestad.be
5. Léon Stynen: Modernistisch icoon
Doet in het buitenland misschien minder belletjes rinkelen dan de naam Victor Horta of Henry Van de Velde, maar minstens even belangrijk voor de Belgische architectuur: Léon Stynen (1899‑1990). De modernistische architect die opkeek naar en een voorbeeld nam aan iconen als Mies van der Rohe en Le Corbusier, werkte in heel Vlaanderen, maar drukte toch vooral zijn stempel op Antwerpen. Zijn eerste echt grote monument plantte hij neer in de Prins Boudewijnlaan in Wilrijk: Résidence Elsendonck, een relatief klein appartementsgebouw met twaalf luxeflats met een staalconstructie die voor was op zijn tijd.

Prins Boudewijnlaan 326, Wilrijk
Aan het Koning Albertpark ligt het appartementsgebouw De Zonnewijzer (1957), een brutalistisch ontwerp dat Stynen maakte in samenwerking met Paul De Meyer (1922‑2012). Een deel van het hoekpand deed een tijdlang dienst als hun gezamenlijk architectenbureau. De Zonnewijzer wordt beschouwd als een van de meest vernieuwende Antwerpse flats uit de jaren vijftig. Mooi meegenomen voor wie er passeert: onderaan huist de hedendaagse kunstgalerie Tick Tack.

Mechelsesteenweg 247
6. Tentoonstellingswijk: toonbeeld van modernisme
Aan de rand van de historische stad in Antwerpen ligt een speeltuin voor liefhebbers van modernistische architectuur verborgen. De Tentoonstellingswijk herbergt heel wat hoogstandjes uit het interbellum en de jaren ’50 en ’60. Ronkende architecturale namen als Edouard Van Steenbergen, Léon Stynen en Huib Hoste tekenden voor de Tweede Wereldoorlog al de blauwdruk voor de wijk uit.

Foto: Barbara van Lerberghe.
Volhardingstraat 71
Na de oorlog volgde een tweede grote ontwikkelingsgolf: goed voor frivool strakke gevels in typische fifties en sixties stijl. Absolute uitschieters in de wijk zijn de modernistische school in de Pestalozzistraat en de vier iconische woningen van toparchitecten Geo Brosens, Edouard Van Steenbergen, Léon Stynen en Huib Hoste.
Door: Cara Brems en Hanne Vlogaert. Openingsbeeld: Maison Guiette door Kris Vandevorst.
Meer lezen:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier