Liesbeth Van Impe & Dena Vahdani over kanker, schreeuwvideo’s en verdriet om Iran

Feeling viert Vrouwendag! Om dat te vieren lieten acht inspirerende vrouwen zich door Feeling matchen aan een geheime gesprekspartner. Vandaag onthullen we de integrale interviews op onze website. Een van deze duo’s is comédienne Dena Vahdani en Nieuwsblad-hoofdredactrice Liesbeth Van Impe. Ergens tussen workaholic wezen en weekends waarin niets moet, treffen ze elkaar.

Brussel. Dat is de eerste gemeenschappelijke liefde van beide vrouwen. Dena Vahdani woont al haar hele leven in Elsene, Liesbeth Van Impe vond vijftien jaar lang haar thuisbasis in de hoofdstad voor ze naar Antwerpen verkaste: “Vijf jaar SintJoost, tien jaar Molenbeek. En ik kom uit het diepe West-Vlaanderen, van Zwevezele. Via Leuven ben ik in Brussel beland om nooit meer weg te gaan. Dacht ik. Maar er is één ding dat boven mijn liefde voor Brussel gaat en dat is mijn absolute afkeer van pendelen en files. Dus toen ik bij Het Nieuwsblad begon, ben ik toch maar naar Antwerpen gekomen. Maar ooit wil ik terug.”

Ook Vahdani’s hart ligt in het Brusselse. “Niets beters dan Elsene. En toch verhuis ik binnenkort. Mijn vriendin heeft een huis gekocht in een andere gemeente. Het zal raar zijn om uit Elsene weg te gaan; nu doe ik mijn deur open en kan ik meteen naar lunchplekken, winkels en restaurants. We wonen straks iets meer buiten het centrum, waar het een stuk rustiger is. Maar goed, ik ben klaar voor dit nieuwe hoofdstuk. Toch zal ik me altijd Elsenaar blijven voelen, denk ik. Er hangt iets in Brussel dat je niet loslaat.” Van Impe bevestigt: “Ik doe nog altijd vrijwilligerswerk in Molenbeek, bij TADA, ToekomstATELIERdelAvenir (een weekendschool voor kwetsbare tieners, red.). Ik heb er in het begin eens een atelier journalistiek gegeven en ben nooit meer weggegaan.”

Plaats van afspraak voor dit gesprek is de redactie van Het Nieuwsblad, op Linkeroever in Antwerpen. Van Impe kent Vahdani, andersom niet direct. Maar zodra de hoofdredactrice zich voorstelt, weet de comédienne wie er tegenover haar staat: “Ah ja, van De Slimste Mens.” Van Impe zwaait al elf jaar de scepter bij Het Nieuwsblad, in samenwerking met collega Pascal Weiss. “Ooit richt ik een standbeeld voor hem op.” Ze maakte al eerder furore in De Slimste Mens en schopte het dit najaar tot finalist van het programma. Intussen onderging ze een borstamputatie. In september vorig jaar werd opnieuw borstkanker bij haar vastgesteld, drie jaar na haar eerste diagnose. Ze schreef er in 2020 een boek over: Chemodag is de beste dag van de week. Dena Vahdani dook in 2021 op als nieuwkomer in De Slimste Mens. De comédienne met Iraanse roots was tot dan toe vooral bekend in Brussel en Wallonië en mocht verschillende laureaten van humorwedstrijden op haar naam schrijven. Tegenwoordig treedt ze met haar show Dena Warrior Princess ook vaak in Vlaanderen op. Daarnaast is ze als sidekick actief in de latenightshow Jan Jaap op Zondag op Play4.

Als kauwgom

Liesbeth, 2022 was een heel turbulent jaar voor jou. Hoe gaat het met je?

Van Impe: “Als ik het aan mijn dokter vraag; heel goed. Ik had borstkanker in 2019 en ben vorig jaar hervallen. Kanker op dezelfde plek. Omdat ik zo goed werd opgevolgd hebben ze het deze keer heel vroeg ontdekt. Het was duidelijk dat ze meteen tot amputatie moesten overgaan, waarschijnlijk gevolgd door chemo- of immunotherapie. Maar na de amputatie bleek dat alles zo vroeg ontdekt was dat er geen nabehandeling hoefde te volgen. Waardoor het deze keer voelt als botsauto’s in mijn hoofd: krijg ik weer kanker, ga ik dood? Nee, want alles is op tijd weggehaald. Fysiek stelt een amputatie niks voor, mentaal is het heftig. Na mijn eerste amputatie in het najaar was ik blij omdat ik van de kanker af was. Tegelijk denk je; wacht even, ik ben 45, in drie jaar tijd heb ik op dezelfde plek een heel agressieve kanker gekregen. Misschien zit ik over twee jaar opnieuw met nummer drie. Ben ik dan weer blij dat het snel ontdekt is? Natuurlijk, maar dat betekent niet dat ik een volgende keer evenveel geluk zal hebben. Mijn dokters zijn heel voorzichtig met voorspellingen, ze weten het ook niet allemaal. Daarom is besloten preventief een tweede amputatie te doen. Die zal ergens eind maart gebeuren, waarna meteen een volledige reconstructie volgt, een operatie die twaalf uur duurt.”

“In de kerstvakantie heb ik heel veel gehuild. En veel geslapen. Maar dat is juist goed, het was een topvakantie” – Liesbeth Van Impe

Was de tweede keer borstkanker anders dan de eerste keer?

Van Impe: “Totaal anders. De eerste keer zie je het niet aankomen. Je moet alles ontdekken, alsof je op een andere planeet bent beland. De tweede keer ken je de weg. Het voelt vertrouwd, tegelijkertijd is het heel beangstigend. Nadat ik de eerste keer genezen werd verklaard, had ik het gevoel dat ik kanker had gehad. Nu voel ik; ik héb kanker. Terwijl ik officieel genezen ben. Maar het voelt als kauwgom die aan je schoen blijft plakken. Toen ik opnieuw op controle ging begin september had ik de kanker eigenlijk wel een beetje achter me gelaten. Als ik na drie jaar niet hervallen was met mijn agressieve vorm van kanker, dan was ik ervan af, hadden ze gezegd. Het was de eerste controle na die grens van drie jaar. En net dan zagen ze iets dat niet klopte. Dus ik ben er nog niet klaar mee, ik weet het.”

“Intussen ben ik gewoon doorgegaan met alles. Tijdens de eerste opnames van De Slimste Mens wist ik dat ik waarschijnlijk slecht nieuws zou krijgen. Ik zat er wel mee in en belde naar Erik (Van Looy, red.). ‘Je belt toch niet omdat je ziek bent, hé?’, zei hij. ‘Wel, euh, ja’, antwoordde ik. ‘Maar niet zoals je denkt.’ We hebben dan besloten dat we toch door zouden gaan met de opnames. Toen ik wist dat ik in de finaleweek zou zitten, heb ik de dokters gebeld en gezegd dat we de amputatie tussen de voorrondes en de finaleweek moesten doen.

Hoe ben je daar doorgekomen?

Van Impe: “Op dat moment houdt het je overeind. Ik ben ook gewoon blijven werken. Ik ben single, heb geen kinderen. Dus ja, je kunt ook maar voor een bepaalde tijd thuis naar je muur blijven kijken, hé. Maar achteraf komt de weerslag. In de kerstvakantie heb ik heel veel gehuild. En veel geslapen. Maar dat is juist goed, het was een topvakantie. Dus om op je vraag terug te komen, hoe gaat het nu? Goed. Nummer twee is onder controle. Maar in mijn hoofd klinkt het nog: botsauto’s. Ik denk dat ik pas gerust zal zijn na de tweede operatie.”

Met de amputatie was je voorlopig nog niet klaar, zei je nadien.

Van Impe: “Ik heb het onderschat, merk ik. Omdat het je lichaam blijvend verandert. De eerste keer dat ik naar mijn lichaam keek, ben ik van mijn sus gevallen. Het is zo raar om die leegte te zien. Plots was daar een gat, ik kon van boven recht naar beneden
kijken.

“Ik heb het geluk dat mijn ouders zijn gevlucht en dat ik hier geboren ben, in alle vrijheid. Terwijl het in Iran extreem slecht gaat en er zoveel doden vallen. Ik heb het daar enorm moeilijk mee” – Dena Vahdani

De schreeuw en de slaap

Het is even stil na het verhaal van Van Impe. Vahdani zit met haar hand voor haar mond, duidelijk onder de indruk. We hebben onze koffie koud laten worden.

Dena, jij bent 31. Op die leeftijd is ziekte en dood normaal heel ver weg. Ben je daar mee bezig?

Vahdani: “Pfff, geef me een paar seconden. Ik ben zo ontroerd door wat Liesbeth vertelt… Maar toch heb ik er ook mee te maken gehad. Mijn vader was ziek, nu ongeveer zes jaar geleden. Ik was 25 en als zijn enige dochter moest ik vaak voor hem zorgen, totaal onverwacht. Het gaat inmiddels beter met hem, maar het was extreem, zo’n zieke ouder.”

“Het is toen dat ik grijs haar heb gekregen. Mijn moeder en mijn halfzus kregen op hun 17de al grijs haar. Ik was blij dat ik die genen niet had meegekregen. Maar na de emotionele schok van mijn zieke vader kreeg ik het dus ook. Sindsdien ben ik een beetje een hypochonder. Ik beeld me van alles in, ook op andere vlakken. Een onduidelijke mail kan me al stress bezorgen. Ik voel al snel heel veel emoties die ik niet altijd onder controle kan houden.”

Was je altijd al zo? Of specifiek na de ziekte van je vader?

Vahdani: “Ik denk dat ik altijd al zo was. Het is meer dan stress en spanning. Al ben ik blij dat die intense gevoelens mij maken tot de artiest die ik nu ben. Tegelijk zou ik ze graag wat meer in bedwang willen houden, want ik raak erdoor overspoeld, zowel in de positieve als negatieve zin.”

Maar zoals je zegt: het werkt ook creativiteit in de hand.

Vahdani: “Na mijn shows krijg ik zo vaak te horen dat het publiek míjn emoties heeft gevoeld, dat het echt is binnengekomen. Ik voel het ook, ik laat de mensen lachen en huilen, weer lachen en opnieuw huilen. Dat is mijn sterkste kant, de superprofessionele producers zeggen dat ook. Maar een beetje meer evenwicht zou ik niet erg vinden.”

Om de ‘ruis in je hoofd’ te kalmeren, zoals je het noemt, luister je soms naar ‘gil- en schreeuwvideo’s’ las ik. Hoe zit dat?

Vahdani: “Als ik heel boos ben, weet ik ook niet wat ik moet doen. Dan zit ik daar met mijn emoties. Mijn vriendin is daar totaal anders in, ze huilt hooguit even en that’s it. Ze kan het van zich afschudden en gaat verder met haar leven. Terwijl ik er geen weg mee weet. Soms helpt het om te luisteren naar mensen die gewoon schreeuwen. Omdat ik dat zelf niet kan. Mocht ik op straat of thuis beginnen te schreeuwen, dan is dat veel te luid en ik wil mijn buren niet bang maken. Dus zet ik filmpjes op van mensen die heel hard schreeuwen. Met elke schreeuw van hen gaat er ook een schreeuw uit mijn lichaam. Ik sport niet, anders zou die energie er misschien wel uitgaan. Maar dit helpt dus ook. Wat ook heel bevrijdend aanvoelt, is als ik iets grappigs op het podium vertel en de zaal begint luid met me mee te lachen.”

“De manier waarop ik werk, is heel moeilijk te combineren met kinderen. En dat zijn monumentale keuzes. Werken zoals ik nu doe, dat gaat gewoon niet met kinderen” – LIesbeth Van Impe

Hoe is het nu met de ruis in je hoofd?

Vahdani: “Het gaat, ik denk dat ik een evenwichtiger systeem heb gevonden. Zoals ik in elk interview zeg, vind ik therapie belangrijk. Voor iedereen, zelfs voor mensen die vinden dat alles goed met hen gaat. Het is altijd nuttig om de dingen samen met iemand te resetten. Of om iemand te hebben die je de tools aanreikt om beter met je emoties om te gaan. Het heeft mij geholpen om in een aangenamer ritme te leven. Ook heb ik aanvaard dat ik eigenlijk een workaholic ben. Ik slaap weinig en werk superveel, maar ik kies ervoor.”

Van Impe: “Ik zit doorgaans tot 21, 22 of soms tot 23 uur op de redactie. Als ik dan thuiskom en ik wil acht uur kunnen slapen, moet ik meteen mijn bed in. Maar dat gaat niet zomaar. Mijn hoofd staat nog niet stil en ook ben ik van nature ’s avonds actief, ik moet mezelf dwingen om te gaan slapen. Als ik nog iets wil zien of lezen, is de avond de enige tijd die ik heb. Twee uur ’s nachts is dan ook mijn uur. En als je om 7 uur op moet, slaap je maar vijf uur. Het is een keuze: ik wil niet alleen de krant managen, maar ook zelf schrijven of een podcast maken. En dat kost tijd. Wat Dena zegt, klopt: je moet aanvaarden dat je een workaholic bent, al vind ik het een vreselijk woord.”

Vahdani: “Misschien kun je het beter omschrijven als ‘graag werken’. Want dat is het gewoon.”

Van Impe: “Waar het om gaat, is dat ik er energie en een stuk zingeving uithaal. En dat ik kan kiezen. Ik heb zelden dat ik een keuze moet maken waarbij ik ongelukkig ben over wat ik niet kan doen. Dat geldt voor zaken op dagelijkse basis, maar evengoed voor andere keuzes. De manier waarop ik werk, is heel moeilijk te combineren met kinderen. En dat zijn monumentale keuzes. Hoewel ik het altijd open heb gelaten, ik kon nog altijd van gedachte veranderen. Maar ik vind wel dat ik ergens moet kiezen. Niet tussen journalist zijn en kinderen, want dan zou ik wel een manier vinden om dat te combineren. Maar werken zoals ik nu doe, dat gaat gewoon niet met kinderen. En dan kan ik ook geen vijf seconden ongelukkig zijn over dat wat ik niet gekozen heb.”

Liever één ding helemaal doen dan twee dingen half?

Van Impe: “Zeker. Maar naast het hyperintensieve heb ik stilte nodig, tegenwicht. Ik haat weekends waarin ik meerdere afspraken heb. En tijdens mijn vakantie ga ik alleen op pad en spreek ik niemand. Als ik Vlamingen spot, spreek ik plots een raar soort Russisch. (lacht) Ik mijd contacten, ik bestel hooguit een koffie of een rosé, meer zeg ik niet. Ik lees een boek, ga naar een museum, verder niets. Tegenwoordig heb ik de wandelvakantie ontdekt en ben ik de hele dag onderweg. Zo’n formule waarbij ze je koffer al naar het volgende hotel brengen, dus je hoeft met niets te sjouwen. Ik wandel dan zo’n 12 tot 15 kilometer per dag. Zalig.”

Vahdani: “Ik herken me zo erg in wat je zegt. Mijn beste weekends zijn die waarin er niets op de agenda staat.”

Van Impe: “Mijn record is vier keer Deliveroo in één dag. Ontbijt, middageten, oliebollen en avondeten.” (lacht)

Vahdani: “Dat zou ook mijn record kunnen zijn. Het perfecte weekend bestaat uit niksen. Laat mij maar gewoon liggen of zo. Ik ben ook vaak te moe om nog iets te doen, om over iets na te denken. Wat mij trouwens ook keihard ontspant, is iets in een Excel-document  typen. Mijn uitgaven of zo. Tabellen maken. Mijn vriendin vraagt dan waarom ik dat doe op een vrijdagavond. ‘Omdat het mij rustig maakt’, zeg ik dan.”

Van Impe: “Dat is next level, dat heb ik niet.” (lacht)

Vahdani: “Mijn beste vriendin is autistisch, zij zegt dat ik op het spectrum zit. Ik weet het niet, ik heb het nooit onderzocht.”

Er volgt een geanimeerd gesprek over lijstjes maken, iets waar ze allebei een houvast in vinden.

“De illusie van controle, die heb ik ook”, zegt Van Impe. “Ik leer lijstjes maken, van alle landen ter wereld met hun hoofdstad, de Amerikaanse presidenten, alle vlaggen ter wereld…” Als we vragen naar haar fenomenale geheugen, draagt ze prompt een gedicht voor van de Brits-Amerikaanse poëet W. H. Auden: ‘The More Loving One’. Waarna applaus volgt van Vahdani: “Prachtig. Je zou Iraanse kunnen zijn; Iraniërs kennen ook vaak gedichten vanbuiten.”

“Het perfecte weekend bestaat uit niksen. Wat mij ook keihard ontspant, is iets in een Excel-document  typen. Mijn uitgaven of zo. Tabellen maken” – Dena Vahdani

Warrior

Terug naar het begin. Wat heeft jou vorig jaar het meest beziggehouden, Dena. Iran?

Vahdani: “Inderdaad. Iran was de rode draad. Ik heb vorig jaar voor de eerste keer drie weken achter elkaar mijn show gespeeld. Dat viel samen met wat er in Iran gebeurde. Ik voelde dat de mensen op een andere manier naar de show kwamen kijken. Het was opnieuw moeilijk om mijn emoties onder controle te krijgen, want het is zo intens wat daar gebeurt. Mijn show ging sowieso al over Iran, vrijheid en vrouwen. Ik heb het geluk dat mijn ouders zijn gevlucht en dat ik hier geboren ben, in alle vrijheid. Terwijl het in Iran extreem slecht gaat en er zoveel doden vallen. Ik heb het daar enorm moeilijk mee. Ik volg het vooral via Instagram, want dat is een van de weinige kanalen dat nog goed werkt. Maar niets is gecensureerd, je krijgt alles rauw op je bord. Om 7 uur ’s morgens zie je vreselijke beelden, zo begint je dag. Je blijft dan de hele dag op je gsm kijken, deelt het met andere Iraniërs. It really killed me. Tot ik besefte dat ik mijn gsm opzij kon leggen, ik ben hier tenslotte veilig. Inmiddels heb ik al die accounts gemute en kies ik zelf een moment om ze te bekijken. Ook heb ik een manier gevonden om met mijn verdriet over Iran om te gaan; blijven doen wat ik doe. Want het geeft zichtbaarheid aan het land als ik erover vertel.”

Van Impe: “Wat is Iran voor jou? Heb je daar familie, vrienden?”

Vahdani: “Vooral familie. Maar ik voel me extreem Iraans. Ik heb dat pas ingezien toen ik al een tijdje met comedy bezig was en een vriend zei: ‘Besef je dat de eerste zin in je show ‘Hallo, ik ben Dena en ik ben Iraans’ is?’ Toen hij dat zei, ben ik hard beginnen te huilen. Ik besefte nooit eerder hoe belangrijk Iran voor me was. Tot dat moment. Maar het is moeilijk, want voor Iraniërs in Iran ben je nooit een ‘echte’ omdat je hier bent geboren. Het is een issue waar veel kinderen met een migratieachtergrond mee worstelen. Of metiskinderen, die hebben dat ook. Je zit ergens tussen de wal en het schip. Maar ik kan ermee leven.”

Liesbeth, ben jij in Iran geweest?

Van Impe: “In 2002 was ik er een maand op rondreis met mijn toenmalige lief. Met de bus hebben we heel wat plaatsen bezocht, het was fantastisch. In die periode was het er vrij rustig. Maar ik heb zelden zo’n schizofreen land meegemaakt. Het verschil tussen het leven binnenshuis en buitenshuis was dag en nacht. Het is een geweldig mooi land met een heel gastvrije bevolking, tegelijk was het er heel beklemmend, zelfs in die liberale periode dat wij er waren.”

Tot slot, maar niet onbelangrijk: wat hebben jullie met Internationale Vrouwendag?

Vahdani: “Persoonlijk niet veel, maar als zo’n dag helpt om de problematiek rond vrouwenrechten in de wereld meer zichtbaarheid te geven, dan is dat natuurlijk heel positief. Maar elke dag zou Vrouwendag moeten zijn, overal in de wereld. In mijn show zeg ik dat Europese en Belgische vrouwen prinsessen zijn en Iraanse vrouwen warriors. Daar bedoel ik niet mee dat de vrouwen hier als prinsessen behandeld worden, maar in Iran moeten de vrouwen daadwerkelijk vechten voor hun vrijheid en hun leven en dat is een hemelsbreed verschil met hier. Hier is die constante dreiging niet aanwezig.”

Van Impe: “Voor mij is 8 maart zowel een feest- als een strijddag. We hebben al een hele weg afgelegd en heel wat vrijheden en rechten verworven als ik de situatie vergelijk met die van mijn grootmoeder en moeder. Tegelijk is het een strijddag omdat we er nog lang niet zijn. Zo’n zes jaar geleden was het bon ton om je af te vragen of Vrouwendag eigenlijk nog wel nodig was. En toen kwam MeToo. Dus voor mij is het beide: iets om te vieren en iets waar we nog niet klaar mee zijn. Dat zal nog heel lang zo blijven, denk ik.”

Wie is Liesbeth Van Impe (45)?

  • Het Nieuwsblad-hoofdredactrice
  • Studeerde taal- en letterkunde in Kortrijk en Leuven.
  • Werkte als politiek journalist bij De Morgen.
  • Begon in 2012 als hoofdredacteur van Het Nieuwsblad.
  • Schreef Chemodag is de beste dag van de week, over haar borstkanker (verschenen bij Borgerhoff & Lamberigts).
  • Werd in 2022 finalist bij De Allerslimste Mens.

Wie is Dena Vahdani (31)?

  • Comedian
  • Werd op het ingangsexamen van de toneelschool geweigerd wegens ‘te grappig’.
  • Volgde een comedyworkshop in The Joker in Antwerpen.
  • Maakte podcasts voor RTBF en radiocolumns voor BRUZZ.
  • Toert in drie talen door België en Europa met haar show Warrior Princess.
  • Is sidekick van Jan Jaap van der Wal in Jan Jaap op Zondag.

Meer interviews met sterke vrouwen:

Door Annelore De Donder – Foto’s: Anneke D’Hollander

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

Gesponsorde content