Getuigenis: Laurence vergaf de moordenaar van haar dochter

Vergiffenis. Lang niet iedereen is ertoe in staat. Maar leven met eeuwige wrok maakt ons ook niet gelukkiger. Laurence Van Bree, mama van de vermoorde Luna, vindt dat dader Hans Van Themsche mag vrijkomen. “Ik gun hem een tweede kans.”

In haar tuin hangen vlaggetjes uit Nepal. “Gebedsvlaggetjes waar verschillende inspirerende spreuken op staan. De bedoeling is dat de spreuken worden meegevoerd door de wind. Ik vind er troost in, het is fijn wanneer ze wapperen.”

 

“Ik denk dat de wereld echt een betere plaats wordt als we wat minder tijd en energie in onze wrokgevoelens zouden stoppen”

Tweede kans

Laurence Van Bree (53) voelt zich kilo’s lichter sinds de laatste zitting van de strafuitvoeringsrechtbank eind juni. “Die zware bal die ik al jaren aan een ketting achter me aansleep, is weg. Of toch in elk geval een heel stuk kleiner geworden.”

De advocaat van Hans Van Themsche had om vervroegde invrijheidsstelling gevraagd, in de vorm van een milder regime of elektronisch toezicht. Van Themsche schoot op 11 mei 2006 de tweejarige Luna Drowart en haar Malinese oppas Oulematou Niangadou (25) dood op straat in Antwerpen. Vlak voordien schoot hij ook op de Turkse Songül Koç die op een bankje zat te lezen. Ze raakte zwaargewond, maar overleefde de aanslag. Van Themsche was destijds 18 jaar oud en handelde uit racistische motieven. Hij werd veroordeeld tot levenslang.

Na de zitting van eind juni vertelde Laurence aan de pers dat ze zich niet zou verzetten tegen een eventuele vervroegde vrijlating en dat Van Themsche (32) een tweede kans verdiende.

Laurence Van Bree: “Ik doe dat niet uit vergeving, dat is niet het juiste woord. Ik noem het mededogen, iets wat ik heb geleerd uit het boeddhisme. ‘Mededogen’ is een mooie term, het geeft precies weer wat ik voel. Geen medeleven, dat is iets anders. Met mededogen bedoel ik een soort mildheid. De wereld is al hard genoeg, er is zoveel haat en nijd. We hebben mededogen nodig. En dat bedoel ik niet uit een softheid, ik denk dat de wereld echt een betere plaats wordt als we wat minder tijd en energie in onze wrokgevoelens zouden stoppen.”

Maar ze heeft een lange weg afgelegd om tot dat inzicht te komen, klinkt het. Een paar jaar na de dood van Luna gingen zij en haar vriend Roman Drowart uit elkaar. Drowart is de papa van Luna en Stella, Luna’s jongere zusje. De dood van Luna was geen directe oorzaak van de scheiding, zei Laurence destijds in verschillende interviews. Maar het verdriet woog loodzwaar en beiden gingen er op een andere manier mee om. Laurence heeft ook nog twee oudere zonen uit een eerdere relatie.

“Ik ben twee keer in de psychiatrie beland. De eerste keer zat ik er volledig door. Mijn man had mij verlaten, onze zaak ging failliet (het koppel had een restaurant in het centrum van Antwerpen, red.), en ik raakte ook nog eens mijn huis kwijt toen een deurwaarder kwam aankloppen voor een inbeslagname. Mijn energie was op, ik kon niet meer vechten. Goed dat ik nog drie kinderen had, anders had ik het opgegeven.”

Ze vond een lichtpuntje tijdens een reis naar het buitenland. “Mijn beste vriend woonde in India en toen hij hoorde dat ik in de psychiatrie zat, is hij me komen halen voor een reis naar Sikkim, tegenwoordig een deelstaat van India in het Himalayagebergte. Sikkim is bekend vanwege het boeddhisme en de adembenemend mooie berglandschappen. Toen ik er aankwam, ging er letterlijk en figuurlijk een wereld voor me open. Ik stapte een tempel binnen en begon te huilen. Het was zo overweldigend allemaal. De mensen, de natuur, de gebeden… Er woedde net een storm, zodat we langer in de tempel moesten blijven. De boeddhistische monniken waren zo vriendelijk, zo authentiek. Zo ontstond mijn interesse in het boeddhisme, ik heb er sindsdien heel veel over gelezen.”

Mededogen is een van de belangrijkste zaken in het boeddhisme, weet Laurence. “Ik ging eens naar een lezing van een boeddhistische geestelijke over vergeving. Hij sprak over de kunst van het loslaten en hoe verder te gaan met je leven nadat je je ergste vijand vergeven hebt. In het begin was ik er niet zo van onder de indruk. Die monniken hadden makkelijk praten, vond ik. Hoe kon ik ooit mijn ergste vijand vergeven? Ik was er nog lang niet aan toe.”

Zielig type

In 2016 stond Laurence oog in oog met Hans Van Themsche, via een bemiddelingskantoor dat daders en slachtoffers met elkaar in contact brengt. “Hij zat tegenover mij, maar ik kon hem moeilijk aankijken. Het ging gewoon niet. Ik had gehoord dat hij een modelgevangene was, een rustige man die zich aan alle regels hield en ik was toch wel nieuwsgierig geworden. Hoe zou het met hem zijn, na zoveel jaar?”

Laurence had jaren eerder al contact met de moeder van Van Themsche, ook via een bemiddelingsproject. “Ze heeft het heel zwaar gehad, moest ook op zoek naar psychiatrische hulp. Ze vertelde me dat haar zoon een moeilijke jeugd had waarin hij veel werd gepest. Hij is ook autistisch. Dat had ik allemaal in gedachten toen ik hem ontmoette. Hij vertelde dat hij veel spijt had, dat hij zich goed bewust was van wat hij ons en de andere families had aangedaan. Ik hoorde hem bezig en besefte dat hij alleen maar over zichzelf bezig was. Zelf heb ik niet veel gezegd. Ik vertelde hem wel dat hij nog jong was en dat hij, in tegenstelling tot Luna, nog wel een tweede kans kon krijgen. Als hij zou vrijkomen, kon hij nog iets maken van zijn leven. Waarop ik hem vroeg wat hij zou willen doen als hij zou vrijkomen. Hij antwoordde dat hij daar nog helemaal niet klaar voor was. Toen ben ik heel kwaad geworden. Had er ooit iemand aan mij gevraagd of ik er klaar voor was nadat Luna was vermoord? Twee weken na haar dood stond ik opnieuw in ons restaurant, een jaar later had ik een nieuwe baby. Ik moest elke dag opstaan voor mijn kinderen, mijn werk, ik moest rekeningen betalen. Kortom, het leven ging door. Dat is ook goed, je hebt dat nodig, anders stort je helemaal in. Maar die opmerking dat hij er niet klaar voor was, vond ik zo oneerlijk. Het was wel zo gemakkelijk voor hem om elke dag in hetzelfde ritme te zitten, zonder uitdagingen. Als dat zo doorging, zou hij er nooit klaar voor zijn. Terwijl wij allemaal moeten doorgaan.”

Inmiddels is ze een heel stuk verder, klinkt het. “Ik bleef me verdiepen in het boeddhisme, was in therapie, las over vergeving. Langzaam kwam ik tot een inzicht: het lag allemaal bij mezelf. Als ik echt iets wilde veranderen in mijn leven, moest ik het zelf doen.”

Toen Laurence dit keer tegenover Van Themsche zat, vier jaar later, was het een heel andere ervaring: “Nu kon ik hem wél aankijken, voor het eerst. Ik zag een nogal zielig type, hij sloeg zijn ogen neer, durfde ons niet aan te kijken. En ik besefte dat hij destijds nog heel jong was, dat zijn stoppen waren doorgeslagen en dat hij doodongelukkig was. Maar hij zat al veertien jaar in de gevangenis. Het werd tijd dat hij eindelijk eens iets zou ondernemen.”

Laurence is niet de enige die vindt dat Van Themsche nog een tweede kans verdient. Haar ex-vriend is het er niet mee eens, maar de Malinese familie van de overleden au pair en ook Songül Koç zijn dezelfde mening toegedaan als Laurence. “Dit is een cadeau voor hem dat hij met beide handen zou moeten aanpakken. Hij krijgt een tweede kans om opnieuw een goede burger te worden. Nu, ik denk wel dat hij dat besefte toen hij tegenover ons zat. Ik begrijp nu ook beter hoe het voor hem moet zijn straks, als hij vrijkomt. Hij zal zijn hele leven moeten leven met het besef van wat hij gedaan heeft, met wat de omgeving daarvan denkt. Maar ik gun hem wel een nieuw leven. Ik wens hem toe dat hij een goed contact met zijn moeder heeft, dat hij een job vindt en misschien wel een vriendin tegenkomt die het met hem aandurft.”

Voor haarzelf zal de vrijlating een gegeven zijn waarmee ze bepaalde zaken kan afsluiten. “Als hij straks de gevangenis verlaat en in de menigte zal verdwijnen, dan zullen er – hopelijk – geen processen meer zijn en stopt de media-aandacht. Dan kan ik het loslaten en verder met mijn leven.”

Van Themsche werd niet in vervroegde vrijheid gesteld. Hij voldeed niet aan de voorwaarden, oordeelde de rechtbank. Hij had nog geen huisvesting, geen werk. Van een reclasseringsplan was er geen sprake. Volgend jaar krijgt hij opnieuw de kans om vervroegde vrijlating aan te vragen. Laurence probeert het zo veel mogelijk achter zich te laten. “Ik heb mijn mening gezegd, ik wil geen boosheid meer.”

Of ze weer kan genieten? “Oh ja. Als ik met de fiets door het stadspark rij en het heeft net geregend, dan ruikt het zo heerlijk groen. Zalig vind ik dat. Van die dingen kan ik echt weer genieten. Tegelijk komt het verdriet soms onverwacht hard terug. Een paar jaar geleden zaten we met vrienden en familie in een groot huis in Frankrijk. Het was heel gezellig met een zwembad en zicht op een berg. Op een avond kwam plots de maan boven de berg uit, ze was heel groot en overweldigend. Dan weet ik: Luna is er. Dat heb je natuurlijk met zo’n naam: waar ter wereld je ook bent, overal is Luna aanwezig. Nu, dat verdriet is niet altijd erg, soms is het ook fijn. Het mag er zijn. Ik laat het komen zoals het is. Ik weet inmiddels dat ik er weer uit raak, mocht ik opnieuw in een put terechtkomen. Dat is een geruststellend idee. Ik ben sterk, en al komen er ongetwijfeld nog zware periodes aan, ik kom er wel weer door.”

Meer getuigenissen van lezeressen:

Tekst: Joanie De Rijke – Beeld: Duncan de Fey

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

Gesponsorde content