Ouder zonder kinderen: “Eigenlijk ben je al ‘moeder’ vanaf het moment je een kinderwens voelt”

Van hyperefficiënte soccer mom tot bezorgde helikopter-ouder of subtiel aan de zijlijn supporterende bonusmama: moeders komen met vele gezichten. Hoe beleven vrouwen anno 2023 het moederschap? En wat vinden ze de mooiste, dan wel moeilijkste kanten aan die bijzondere rol? Feeling vraagt het elke week aan een ervaringsdeskundige. Vandaag: Reintje Peeters (55) over de existentiële rouw waar je door moet als blijkt dat je kinderwens onvervuld zal blijven. “Wel kinderen willen en er géén kunnen krijgen is een verdriet dat nooit overgaat.” 

Reintje: “Mama worden is iets wat ik altijd al gewild heb: toen ik klein was, was ik met poppen bezig of speelde ik ‘gezinnetje’ met mijn broer. Wat je later wil worden, verandert als klein meisje nogal eens: juf, architect, dokter. Maar dat ik ooit ‘mama’ zou zijn, was voor mij een zekerheid. In mijn twintigerjaren ging die kinderwens wel even liggen: dat zijn de jaren waarin je aandacht een beetje verschuift. Studeren, experimenteren, de liefde: dat wordt dan belangrijk. Toen ik eind twintig terug aan kinderen begon te denken – omdat ook mijn vriendinnen stilaan begonnen te settelen en zwanger werden, heb ik een beetje pech gehad: de relatie waar ik toen in zat liep stuk en ik besloot dan maar eerst even uit te zoeken wat ik wilde op carrière-vlak.

Bovendien werd op m’n tweeëntwintigste endometriose vastgesteld: een aandoening waarbij de cellen van het baarmoederslijmvlies – dat normaal gezien alleen aan de binnenkant van je baarmoeder zit – ook aan de buitenkant voorkomen, met veel pijn en een groot risico op cystes tot gevolg. Niet dat endometriose altijd betekent dat zwanger worden moeilijk gaat, maar vaak hangt het wel samen. Toen het ontdekt werd, ben ik onmiddellijk geopereerd en het resultaat zag er goed uit. De dokters vermoedden toen dat ik nog een goeie kans zou maken om zwanger te raken, maar lieten wel al verstaan dat ik er best niet al te lang meer mee zou wachten. Helaas ben ik toen nog een aantal jaar single geweest, vooraleer ik iemand tegenkwam waarmee ik een gezin wilde uitbouwen. Tegen de tijd het zover was, was ik 32. We hebben het eerst een tijdje op een natuurlijke manier geprobeerd, maar zijn relatief snel overgeschakeld op IVF.

Die omschakeling vond ik best zwaar. Het ergste vond ik dat ‘een kindje maken’ plots iets heel clean werd: wat eigenlijk iets heel intiem zou moeten zijn tussen twee mensen, is plots bijna een zakelijke overeenkomst – alsof je een kind gaat kopen in de winkel, daarmee vergelijk ik het altijd. Als vrouw moet je om de zoveel tijd op een witte ziekenhuistafel om onder fel wit licht te bekijken of je eitjes al klaar zijn voor een pick-up. En ook als man is je zaad doneren in een potje niet bepaald wat je in gedachten hebt, als je aan kinderen begint.

ongewenst kinderloos

Hormooninspuitingen en menopauze

Wat ik ook heel lastig vond, is de manier waarop je lichaam verandert onder invloed van de hormooninspuitingen die je eierstokken moeten helpen om zoveel mogelijk eitjes ineens te laten rijpen voor een pick-up. Want die hormonen hebben natuurlijk een impact op meer dan je eierstokken alleen. Mijn menstruatie werd compleet stilgelegd en ik kreeg symptomen van iemand die in de menopauze zat. Mijn lichaam was niet meer het lichaam van een vrouw van tweeëndertig, maar eerder dat van iemand die tweeënvijftig is. En dan had ik nog geluk: veel vrouwen komen veel bij en krijgen overal ongewenste lichaamsbeharing.”

Terwijl de medische begeleiding in het hele traject nog meeviel, liet de emotionele opvolging volgens Reintje helaas te wensen over. “Ik spreek natuurlijk wel over zo’n goeie twintig jaar geleden, dus hopelijk is het intussen beter, maar een psycholoog heb ik gedurende heel dat traject niet gezien. Dat terwijl IVF niet alleen fysiek, maar ook vooral mentaal heel slopend is. Wat me ook tegen de borst stootte, is dat koppels die kinderen willen via IVF, zich daar heel erg voor moeten verantwoorden. Er wordt gevraagd naar de reden van je kinderwens, naar je loon en of je een kind eigenlijk financieel wel aankan. Ergens begrijpelijk natuurlijk, maar koppels die gewoon aan kinderen beginnen, hoeven zich daarvoor toch ook niet te verantwoorden? Kiezen voor een gezin is een recht, niet iets waarvoor je je zou hoeven te bewijzen.”

Mensen die kinderen willen via IVF moeten zich extreem verantwoorden voor die wens: zit hun motivatie wel goed? Verdienen ze wel genoeg? Kunnen ze het mentaal én financieel wel aan? Ergens begrijpelijk, maar ook hard: dat hoeven mensen bij wie het zo wel lukt toch ook niet?”

Reintje Peeters

Wat haar had kunnen helpen om het hele traject emotioneel wel beter te verteren? “Ik denk vooral meer transparantie: want tegen je naaste omgeving kan je uiteraard wel vertellen dat je met IVF bezig bent en al eens iets zeggen over hoe zwaar het voelt dat je misschien wel nooit kinderen kan krijgen, op mijn werk wisten mensen bijvoorbeeld van niks. Terwijl je mentaal wel door de hel aan het gaan bent. Dat maakt het lastig. Het taboe dat nog steeds rond dit thema hangt doorbreken zou het voor veel koppels in een IVF-traject volgens mij veel makkelijker maken. Net zoals je aan je baas kan uitleggen dat je naar de kine moet voor een spierfractuur, zou je moeten kunnen zeggen dat je naar het hospitaal gaat voor een inseminatie. Ben je er dan even niet helemaal bij met je hoofd, dan weten mensen tenminste waarom.

Omdat ‘geen kinderen kunnen krijgen’ nog steeds taboe is, durven veel mensen het onderwerp trouwens ook niet goed aansnijden: ze zijn bang om iets verkeerd te zeggen. Begrijpelijk, maar eigenlijk is ernaar vragen nooit verkeerd. Zolang je maar begrip opbrengt voor de situatie en en met empathie luistert naar het verhaal. Een luisterend oor: daar hebben koppels met een kinderwens die maar niet ingevuld geraakt al heel veel aan.

Rouw en grenzen: iedereen is anders

“Mensen zonder kinderen zouden er dan weer baat bij hebben sneller aan te geven wanneer het hen te veel wordt. Het is heel normaal dat je het – op bepaalde punten in je traject – niet altijd ziet zitten om naar die babyshower van een vriendin te gaan of naar de gender reveal party van je broer – simpelweg omdat de confrontatie te hard is, de pijn te groot. Als je dat durft zeggen, bespaar je jezelf veel leed dat eigenlijk niet nodig is. Bovendien maak je het ook je omgeving op die manier makkelijker: het is voor hen niet altijd vanzelfsprekend om in te schatten hoe hard zo’n dingen je raken. Als je dat laat weten, dan hebben ze daar meestal wel begrip voor én wordt het jou ook duidelijk dat ze zo’n dingen misschien ook helemaal niet van jou verwachten.”

Heel belangrijk om door de meest heftige periodes te gaan: zoek steun bij lotgenoten, want die begrijpen wel exact waar je doorgaat. Voor je relatie dan weer belangrijk: begrijp dat iedereen anders met rouw omgaat, vermoedelijk ook jij en je partner. “Bij ons was dat zo: terwijl ik veel nood had om over het verdriet te praten, stortte mijn vriend zich meer op werk en allerlei taakjes in huis. Daardoor raakten we elkaar gaandeweg kwijt. Dat we niet begrepen dat ieder z’n eigen manier van rouwen had, geen inzicht hadden in het patroon dat ons steeds verder van elkaar deed afdrijven en daardoor geen ruimte konden maken voor elkaar, heeft onze relatie uiteindelijk stuk doen lopen. Mochten we toen alle twee matuurder zijn geweest en dat inzicht wel hebben gehad, had het misschien anders kunnen aflopen. Al weet je dat nooit zeker, en doet het er uiteindelijk ook niet meer toe.”

Aanvaarden dat je nooit kinderen zal hebben, is een levenslang proces: een verdriet dat nooit overgaat. Als je dat voor jezelf kan toegeven, dan is dat al een grote troost

Reintje Peeters

Wat haar geholpen heeft toen duidelijk werd dat ze haar kinderwens definitief zou moeten opbergen? “Dat verdict is een hele zware dobber om te verteren, en ergens blijft de hoop onbewust toch nog heel lang sluimeren. Accepteren dat je geen kinderen zal krijgen, is een levenslang proces: verdriet dat nooit helemaal overgaat. Als je dat kan toegeven voor jezelf, dan is dat al een grote troost. Je hele leven lang zullen er opstootjes van rouw komen, en dat is pijnlijk – maar voor wie die toelaat ook niet onoverkomelijk.”

“Wat mij ook enorm helpt om die pijn te aanvaarden, is inzien dat iedereen zijn rouw en zijn verdriet heeft. Geen enkel leven loopt compleet volgens plan: iedereen – op een paar enkelingen na – maakt heftige dingen mee en een proces van rouw waarmee ze om moeten leren gaan. Zo heb ik bijvoorbeeld een vriendin die wél kinderen heeft, maar eentje daarvan heeft een zware mentale beperking. Zij is dus wél moeder, maar ook haar leven komt met extreme uitdagingen. Elkaars worsteling zien, en elkaar daarin proberen zo goed mogelijk bij te staan, brengt een soort rust en een zachtheid die je alleen nooit kan bereiken. Ook zonder kinderen zijn wij nu best gelukkige mensen.”

Pijn en verdriet: zoek naar zin

Op zoek gaan en vinden wat je precies door jouw proces van rouw heen kan helpen, is volgens Reintje een kwestie van zoeken en proberen. “Je moet vooral een manier vinden om de zware gevoelens die nog ergens in jou zitten, toch te laten bestaan. Een kanaal of een expressievorm dat je toelaat om die emoties ook te voelen, en daardoor meteen voor een stuk te verwerken. Wat voor jou precies werkt, is heel persoonlijk. Bij mij bleek dans een belangrijke uitlaatklep.”

Wat mij geholpen heeft om het verdriet te plaatsen? Beseffen dat iedereen zijn rouw in het leven heeft, waar hij of zij mee om moet zien te gaan

Reintje Peeters

“Daarnaast probeer ik aan het pijnlijke feit dat ik nooit kinderen zal hebben toch iets van ‘zin’ te geven door mensen te sensibiliseren over het onderwerp. Het taboe van het thema weghalen en iets kenbaar proberen maken van de intense worsteling en het verdriet waar wensouders zonder kinderen doorgaan. Want ‘ouder’ ben je eigenlijk al vanaf het moment je een kinderwens voelt. Daar dan nooit invulling aan kunnen geven, zorgt voor een existentiële leegte die nooit volledig gevuld zal raken.

“Mensen in een vergelijkbare situatie help ik graag mee zoeken naar een platform of plek om over wat ze meemaakten te praten. De komende maanden trek ik rond met ‘Heb je (klein)kinderen’: een docu-film waarin een journaliste op zoek gaat naar een manier om haar ongewenste kinderloosheid te aanvaarden. De film richt zich uiteraard op wensouders met een onvervulde kinderwens, maar ook op wensgrootouders: een groep die nogal eens uit de boot durft vallen. Want: eens je een bepaalde leeftijd bereikt hebt, denken veel mensen dat die onvervulde kinderwens inmiddels wel een beetje verteerd is. Tijd heelt natuurlijk veel wonden, maar: al je leeftijdsgenoten plots oma en opa zien worden, doet alles wel nog eens in alle hevigheid terugkeren. Alle wens(groot)ouders die nood hebben aan gesprek, of mensen die de situatie gewoon wat beter zouden begrijpen: welkom!”

‘Heb je (klein)kinderen’, speelt op de komende maanden op verschillende locaties in Vlaanderen. Meer info via s-plusvzw.be. Zelf ongewenst kinderloos en op zoek naar meer info: lees dan zeker ook ‘Zo gewenst: als je kinderwens niet meteen wordt vervuld’ van Hilde Van Goethem, voor € 24,99 bij Lannoo.

Meer over ouderschap:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

Gesponsorde content